De gemachtigde van [bedrijf 1] stelt bij akte onder meer het volgende, zoals hierna als citaat is opgenomen:
“De factuur, produktie 1 bij dagvaarding, is betaald door [naam 2] . [naam 2] was destijds part time werkzaam bij [gedaagde] ( [bedrijf 1] ). [naam 2] heeft vanaf de computer van [bedrijf 1] de online module cursusovereenkomst ingevuld waardoor de computer automatisch [bedrijf 1] heeft ingevuld als cursist.
[naam 2] wilde de cursus volgen op 24-25-26 juli 2023 en heeft van het cursusgeld betaald. [naam 2] heeft de cursus overeenkomst ontbonden. Het vorderingsrecht op terugbetaling rust op [naam 2] .
De app-correspondentie over de overeenkomst is tussen [naam 1] ( [naam 1] ) is gevoerd met [naam 2] (produktie 2 bij dagvaarding):
Geachte heer [naam 2] , Ik kan geen terug betaling doen omdat u door de betaling zelf als akkoord bent gegaan met onze algemene voorwaarden, en ik u ook een optie aanbiedt. Mocht u een andere datum weten hoor ik graag van u".
De betaling heef [naam 1] ontvangen van [bedrijf 2] ( = [naam 2] ).
Omdat de factuur is gesteld op naam van [bedrijf 1] , is [bedrijf 1] ( [gedaagde] ) abusievelijk als eisende partij opgenomen in plaats van [naam 2] .
[naam 2] verzoekt de kantonrechter toe te staan dat [naam 2] in plaats van [gedaagde]
in de plaats treedt van de oorsrpronkelijk genoemde eiser, aangezien is gebleken dat [naam 2] de rechthebbende is op de vordering waarop het geschil betrekking heeft. (…)”.