Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
gemachtigde: A.G.N. van Wonderen.
1.Procesverloop
2.De uitgangspunten
3.Het wrakingsverzoek
heeft acht weken de tijd om te beslissen op het beroep niet tijdig. U heeft niet binnen acht weken op het beroep niet tijdig beslist. U doet uw werk niet. U bent bevooroordeeld.U erkent dat het fout is. Eiseres(lees: verzoekster; toevoeging wrakingskamer)
krijgt geen eerlijke behandeling. U houdt zich niet aan de wet. Het is een schande. Het is een grof schandaal. Wat u doet, wijkt zodanig af van wat de wet voorschrijft, dat ik dat niet accepteer. Ik kan me niets anders voorstellen dan dat u een ander belang heeft.”
4.De beoordeling
Het subjectieve oordeel van verzoeker is voor de beoordeling wel belangrijk maar niet doorslaggevend.