ECLI:NL:RBNHO:2025:1148
Rechtbank Noord-Holland
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om uitsluitend gebruik van de echtelijke woning in het kader van voorlopige voorzieningen
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland op 29 januari 2025, heeft de vrouw verzocht om het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning, terwijl de man hiertegen verweer heeft gevoerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de woning groot genoeg is voor beide partijen om elkaar te ontlopen en dat er voldoende sanitaire voorzieningen zijn. De vrouw heeft gesteld dat de situatie onveilig is, maar de man heeft deze stelling gemotiveerd betwist. De rechtbank heeft geoordeeld dat de vrouw niet voldoende heeft aangetoond dat het gezamenlijk verblijf onhoudbaar is. De rechtbank heeft ook de verplichting van partijen om elkaar het nodige te verschaffen in overweging genomen, aangezien zij nog gehuwd zijn. Gezien de omstandigheden en de mogelijkheid voor partijen om afspraken te maken over het gebruik van de gezamenlijke ruimtes, heeft de rechtbank besloten dat het verzoek van de vrouw om uitsluitend gebruik van de woning moet worden afgewezen. Hierdoor mogen beide partijen voorlopig in de woning blijven wonen. De rechtbank heeft de voorwaardelijke verzoeken van de man niet behandeld, omdat het verzoek van de vrouw al was afgewezen.