In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland, gedateerd 22 augustus 2024, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Verzoekers, eigenaren van een perceel in Vijfhuizen, hadden bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van hun verzoek om verlenging van de begunstigingstermijn van een last onder dwangsom die hen was opgelegd. Deze last was opgelegd vanwege vermeende overtredingen van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. De voorzieningenrechter oordeelt dat de last in rechte vaststaat, aangezien verzoekers geen beroep hebben ingesteld tegen het besluit om de last in stand te laten. De voorzieningenrechter concludeert dat er geen aanleiding is om de begunstigingstermijn te verlengen tot zes weken na de uitspraak in een andere beroepszaak, omdat deze procedure geen processuele samenhang vertoont met de lopende beroepszaak over de omgevingsvergunning. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, waardoor het besluit tot verlenging van de begunstigingstermijn van kracht blijft. Er is geen aanleiding voor vergoeding van griffierecht of proceskosten.