Op 10 januari 2024 heeft de kinderrechter in de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de beëindiging van het gezag van de vader over zijn minderjarige kinderen. De zaak werd behandeld naar aanleiding van een mondeling verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming, die aangaf dat de kinderen klem en verloren zijn geraakt tussen de ouders door de houding van de vader, die misbruik zou maken van zijn gezag. De moeder, die ernstig ziek is en een korte levensverwachting heeft, was aanwezig via een videoconferentie. De kinderrechter heeft op basis van artikel 1:266 van het Burgerlijk Wetboek geoordeeld dat het gezag van de vader beëindigd moet worden, omdat de ontwikkeling van de kinderen ernstig wordt bedreigd en de vader niet in staat is om de verantwoordelijkheid voor hun verzorging en opvoeding te dragen.
De kinderrechter heeft tevens ambtshalve een bijzondere curator benoemd om de belangen van de kinderen te behartigen. Deze beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, zodat de moeder direct kan beslissen wat in het belang van de kinderen is in de laatste fase van haar leven. De rechtbank heeft ook aangegeven dat er in een afzonderlijke beschikking op de verzoeken in de echtscheidingsprocedure van partijen zal worden beslist. De bijzondere curator moet de kinderrechter binnen zes maanden informeren over de stand van zaken en het welzijn van de kinderen.
De uitspraak benadrukt de noodzaak om de belangen van de kinderen voorop te stellen, vooral in situaties waarin ouders in conflict zijn en een van de ouders ernstig ziek is. De kinderrechter heeft de beslissing genomen om de kinderen te beschermen tegen de negatieve gevolgen van de situatie tussen de ouders.