Leaseboot vordert - samengevat - dat de rechtbank bij vonnis, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I.
primairvoor recht verklaart dat de koopovereenkomst buitengerechtelijk is ontbonden per 5 augustus 2021, waardoor een ongedaanmakingsverbintenis is ontstaan, dan wel
subsidiairde koopovereenkomst gerechtelijk ontbindt, waardoor een ongedaanmakingsverbintenis ontstaat;
II. de stallingsovereenkomst gerechtelijk ontbindt;
III. [gedaagden] hoofdelijk veroordeelt aan Leaseboot te voldoen een bedrag van € 75.042,- ter zake de terug te betalen aanbetaling uit hoofde van de koopovereenkomst, te vermeerderen met de wettelijke rente;
IV. [gedaagden] hoofdelijk veroordeelt aan Leaseboot te voldoen een bedrag van € 32.733,- ter zake schadevergoeding uit hoofde van de koopovereenkomst, te vermeerderen met de wettelijke rente;
V. [gedaagden] hoofdelijk veroordeelt aan Leaseboot te voldoen een bedrag van € 55.097,98 ter zake schadevergoeding uit hoofde van de stallingsovereenkomst, te vermeerderen met de wettelijke rente;
VI. [gedaagden] hoofdelijk veroordeelt in de kosten van het conservatoir beslag ten bedrage van € 2.098,64;
VII. [gedaagden] hoofdelijk veroordeelt aan Leaseboot te voldoen een bedrag van € 2.403,74 exclusief btw ter zake de buitengerechtelijke kosten;
VIII. [gedaagden] hoofdelijk veroordeelt in de proces- en nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten indien de proceskosten niet binnen veertien dagen na dagtekening van het te wijzen vonnis zijn betaald.