In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 25 juli 2024 een verstekvonnis uitgesproken in een civiele procedure tussen de vennootschap Hoist Finance AB, vertegenwoordigd door NDA Incasso B.V., en de gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij vorderde betaling van € 2.232,42, vermeerderd met buitengerechtelijke incassokosten, wettelijke rente, proceskosten en nakosten. De vordering was gebaseerd op een overeenkomst op afstand tussen een handelaar, Vattenfall Sales Nederland N.V., en een consument. De kantonrechter heeft ambtshalve de informatieplichten en de algemene voorwaarden getoetst, waarbij hij zich baseerde op de artikelen 6:230m lid 1 en 6:230v van het Burgerlijk Wetboek. De kantonrechter oordeelde dat de eisende partij voldoende had aangetoond dat aan de informatieplichten was voldaan.
Daarnaast heeft de kantonrechter de algemene voorwaarden beoordeeld op mogelijke oneerlijke bedingen, in lijn met de Richtlijn 93/13/EEG. De kantonrechter concludeerde dat de bedingen met betrekking tot de eindnota, het rentebeding en de incassokosten niet oneerlijk waren en in overeenstemming met de wet. De eisende partij had echter niet voldoende onderbouwd dat de gedaagde partij de overeenkomst niet had opgezegd, wat leidde tot afwijzing van dat deel van de vordering. Uiteindelijk werd de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van € 2.466,42, vermeerderd met wettelijke rente, en tot betaling van de proceskosten. De beslissing werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.