In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 25 juli 2024 een verstekvonnis uitgesproken in een civiele procedure tussen de vennootschap Hoist Finance AB en Vattenfall Sales Nederland N.V. als eisende partij, en een niet verschenen gedaagde partij. De eisende partij vorderde betaling van € 1.662,02, vermeerderd met buitengerechtelijke incassokosten, wettelijke rente, proceskosten en nakosten. De vordering was gebaseerd op een overeenkomst op afstand tussen een handelaar en een consument, waarbij de wettelijke (pre)contractuele informatieplichten van het Burgerlijk Wetboek in acht genomen moesten worden. De kantonrechter heeft ambtshalve getoetst of aan deze informatieplichten was voldaan, en oordeelde dat de eisende partij voldoende had aangetoond dat dit het geval was.
De kantonrechter heeft ook de productvoorwaarden en algemene voorwaarden voor de levering van elektriciteit en gas aan kleinverbruikers beoordeeld. Hierbij werd gekeken naar de eerlijkheid van de bedingen in de algemene voorwaarden, in het bijzonder met betrekking tot de eindnota, opzegvergoeding, rentebeding en incassobeding. De kantonrechter oordeelde dat de bedingen niet oneerlijk waren en in overeenstemming met de wettelijke bepalingen. De vordering tot betaling van de hoofdsom en de bijkomende kosten werd grotendeels toegewezen, met uitzondering van een te hoog gevorderd bedrag aan vervallen rente. De gedaagde partij werd veroordeeld tot betaling van in totaal € 1.898,02, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.