Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 5 juli 2024 in de zaak tussen
[verzoeker] , uit [plaats] , verzoeker
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schagen, verweerder
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
Volgens verweerder is gebleken dat verzoeker op zijn perceel sloopafval, althans reeds gebruikte bouwmaterialen en goederen die niet bestemd zijn voor handel opslaat. Dit betreffen, een stalen trap, kabelgoten, houten balken, lampen, de mast van een bouwlift, bakstenen, ramen en kozijnen, stalen kolommen en voetplaat, hekwerken en kalksteenblokken, isolatiemateriaal, pallets en steigers. Daarnaast bevinden zich op het perceel een blauwe keet en een stacaravan. Dit zijn volgens verweerder bouwwerken/gebouwen.
Op het perceel zijn op grond van het tijdelijke deel van het omgevingsplan gemeente Schagen , het bestemmingsplan ‘bedrijventerrein Witte Paal’ en het Paraplu-Omgevingsplan, 1e tranche, bedrijfsactiviteiten tot en met categorie 3.2 toegestaan.
Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat van bedrijfsactiviteiten niet is gebleken. Voor de uitleg van dit begrip is aangesloten bij het ‘normaal spraakgebruik’ zoals omschreven in het van Dale woordenboek, omdat een definitie hiervan niet uit de van toepassing zijnde plannen en toelichtingen kan worden opgemaakt. Verweerder verstaat hieronder ‘het bedrijfsmatig, dat wil zeggen met het oogmerk winst te maken, verrichten van werkzaamheden, handel bedrijven dan wel verlenen van diensten’. Deze moeten zichtbaar zijn, zowel op het perceel als financieel.
Door het zonder vergunning gebruiken van het perceel voor opslag van niet voor handel bestemde goederen is sprake van overtreding van artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Ow. Hiervoor zal geen vergunning worden verleend. Een binnenplanse afwijkingsmogelijkheid bestaat niet en verweerder gaat hieraan buitenplans geen medewerking verlenen.
- Verweerder acht het aannemelijk dat de stacaravan bedoeld is om ter plaatse te functioneren. Deze is twee maanden onbewogen geweest. Dat deze niet is aangesloten op nutsvoorzieningen maakt niet dat geen sprake is van een bouwwerk.
- Gedurende drie maanden zijn de samenstelling en de opslagplaats van de materialen niet of nauwelijks gewijzigd. Er is geen enkel teken van bedrijvigheid op het perceel. Er is dan ook volgens verweerder sprake van opslag van bouwmaterialen die (grotendeels) afkomstig zijn van het door hem gesloopte gebouw. Dat verzoeker dagelijks aanwezig is betekent niet dat er daadwerkelijk een economisch actief bedrijf op het perceel is gevestigd.
- Uit de data van de controlerapporten blijkt duidelijk het tijdsverloop. Van bedrijvigheid is niet gebleken. Als verzoeker meent dat er na 15 februari 2024 een en ander is gewijzigd acht verweerder dit niet aannemelijk gemaakt.
- de opgesomde goederen van het perceel te verwijderen en verwijderd te houden op straffe van een dwangsom van €10.000,- ineens;
- de blauwe keet van het perceel te verwijderen en verwijderd te houden op straffe van een dwangsom van € 5.000,- ineens;
- de stacaravan van het perceel te verwijderen en verwijderd te houden op straffe van een dwangsom van € 5.000,- ineens.
Bezwaar en verzoek om voorlopige voorziening
Ter zitting gebleken situatie en aanvullende standpunten
– samengevat – aan dat dat hij onder druk van de aan hem opgelegde lasten onder dwangsom zijn handel heeft moeten verplaatsen of tegen bodemprijzen heeft moeten verkopen. Hij wil, naast intrekking van de lasten onder dwangsom, dat de voorzieningenrechter verweerder opdraagt aan te geven wat hij nu wel en niet mag op zijn perceel. Nu wordt hem iedere vorm van handel ontnomen, terwijl dit volgens hem gewoon is toegestaan en ook door omliggende bedrijven op dezelfde manier wordt gehandeld. Desgevraagd heeft verzoeker ter zitting aangegeven dat hij er belang bij heeft om zijn handel weer terug te leggen op zijn perceel. Verweerder trekt de lasten onder dwangsom volgens hem pas in nadat er een jaar geen sprake is geweest van overtredingen. Hij wordt hierdoor ernstig belemmerd in zijn werkzaamheden.