Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
1.De procedure
- de vertalingen van producties 1 en 2 van de kant van de man
- de mondelinge behandeling van 2 juli 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak vordert de man in kort geding nakoming van een echtscheidingsconvenant, waarin is bepaald dat de rechtbank te Izmir (Turkije) bevoegd is voor geschillen voortvloeiend uit het convenant. De man en vrouw zijn in Turkije gehuwd en hebben daar ook hun huwelijk ontbonden. De vrouw betwist dat zij de afspraken uit het convenant niet is nagekomen en stelt dat zij niet kan meewerken aan het overzetten van een leasecontract op haar naam vanwege een lopende incasso. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de Turkse rechtbank bevoegd is op basis van het forumkeuzebeding in het convenant. Gelet op de omstandigheden en de keuze van partijen om hun geschillen in Turkije te regelen, verklaart de voorzieningenrechter zich onbevoegd om van het geschil kennis te nemen. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.