Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Stichting dnoDoen Begeleiding Opvang Wonen
1.Het procesverloop
2.De feiten
. Uiteindelijk hebben partijen het overleg met elkaar opgezocht waarna zij de navolgende afspraken met elkaar gemaakt hebben met betrekking tot begeleiding en verplaatsing van het verblijf.
3.De vordering en het verweer
- om de woning aan de [adres 2] te [woonplaats] te ontruimen en ontruimd te houden en te verlaten binnen 3 dagen na betekening van dit vonnis, op straffe van een dwangsom van € 500,00 per dag of dagdeel,
- om aan dnoDoen te betalen bij wijze van voorschot een bedrag van € 2.257,87 aan achterstallige eigen bijdrage,
- een bedrag van € 457,87 voor iedere maand of gedeelte daarvan dat de woning niet is ontruimd, met ingang van 1 juni 2024 totdat de woning is ontruimd,
- de proceskosten en de nakosten.
4.De beoordeling
- [gedaagde] is begeleiding door dnoDoen gaan mijden en heeft meermalen afspraken met medewerkers van dnoDoen afgezegd;
- [gedaagde] had ten tijde van het sluiten van de woonovereenkomst een bewindvoerder. [gedaagde] heeft zelf verzocht om ontslag van zijn bewindvoerder. Het bewind is per 20 oktober 2023 opgeheven en vanaf december 2023 is [gedaagde] gestopt met het betalen van de eigen bijdrage;
- Ondanks diverse betalingsherinneringen heeft [gedaagde] , behoudens de eigen bijdrage van februari 2024, niets betaald. Ook niet nadat dnoDoen hem op 15 februari 2024 een waarschuwing had gegeven in die zin dat hij zou worden geschorst als hij de betaling niet nakwam;
- Op 26 februari 2024 is de schorsing daadwerkelijk van kracht geworden. De redenen van de schorsing waren