ECLI:NL:RBNHO:2024:6048
Rechtbank Noord-Holland
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Toetsing van de oneerlijkheid van bedingen in de Algemene Huurvoorwaarden voor zelfstandige woonruimte
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, op 12 juni 2024 een verstekvonnis uitgesproken in een geschil tussen Stichting Woonopmaat en een gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij, vertegenwoordigd door twee gemachtigden, heeft in een akte gereageerd op een eerder tussenvonnis van 20 maart 2024, waarin de kantonrechter de eisende partij de gelegenheid gaf om zich uit te laten over de oneerlijkheid van bepaalde bedingen in de algemene huurvoorwaarden. De eisende partij stelde dat zij zich beroept op de wettelijke regeling voor buitengerechtelijke incassokosten en rente, maar de kantonrechter oordeelde dat dit niet relevant was voor de beoordeling van de oneerlijkheid van de bedingen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de eisende partij terecht aanvoert dat het bik-beding (bijzondere kosten) had moeten worden getoetst aan de wet- en regelgeving die gold op het moment van de overeenkomst, maar concludeerde dat dit ook daadwerkelijk was gebeurd. De artikelen van de algemene voorwaarden die betrekking hebben op rente en buitengerechtelijke kosten zijn vernietigd, wat leidde tot de afwijzing van de gevorderde rente en incassokosten. De kantonrechter heeft de huurachterstand tot en met januari 2024 vastgesteld op € 2.050,35, wat toewijsbaar is, evenals de gevorderde maandelijkse gebruiksvergoeding.
De gedaagde partij is overwegend in het ongelijk gesteld en veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is uitgesproken door mr. M. Woerdman in aanwezigheid van de griffier.