Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.Feiten
“Ik begrijp vandaag dat je niet verschijnt op je werk. Nadat ik gisteren zei; als het niet bevalt dan moet je weggaan bij ons. En vandaag heb je mij niks laten horen. Dus ik neem aan dat je op staande voet je ontslag hebt genomen. Je hebt mij niet gebeld als de eigenaar van het bedrijf, wat wel duidelijk is gemaakt dat dat de werkwijze is bij afwezigheid. Ter verduidelijking: dat je miv gisteren je ontslag hebt genomen. Gelieve de sleutel in te komen leveren. Groet, [betrokkene 1]”
“In mijn contract staat dat ik mij ziek moet melden bij [betrokkene 2], dat heb ik gisteren ook gedaan.”[eiseres] heeft vervolgens meegedeeld dat zij een afspraak had gemaakt bij de huisarts. Zij heeft geen gehoor gegeven aan het verzoek van [betrokkene 1] om de sleutels van de zaak in te leveren.
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
wildie zich openbaart door een
verklaring.In verband met de ernstige (financiële) gevolgen voor een werknemer mag een werkgever niet spoedig aannemen dat een verklaring van een werknemer gericht is op vrijwillige beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Daarom is voor een opzegging een duidelijke en ondubbelzinnige verklaring van een werknemer vereist, die gericht is op beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Onder omstandigheden kan op de werkgever een onderzoeksplicht rusten om na te gaan of de werknemer daadwerkelijk wilde opzeggen en een verplichting om de werknemer over de gevolgen van de opzegging voor te lichten.
Ik stap op en ga weg”. [betrokkene 1] deelde daarop mee “Ik wijs je erop dat als je opstapt, dat je dan ontslag neemt”. [eiseres] betwist dat zij ontslag heeft genomen. Zij betwist dat zij tijdens de discussie heeft gezegd dat het werk bij Hoofdvaart haar niet beviel. [eiseres] zegt dat ze heeft meegedeeld dat de sfeer niet goed was en ook: ”
Ik stap op en ga naar huis”.
Ik ga weg” ontslag nam of wegging. [betrokkene 1] zegt dat ze dat later in een gesprek had willen uitzoeken. Nu [eiseres] daarover in haar bericht van 1 maart 2024 (r.o. 2.5.) meteen duidelijkheid heeft verschaft en aangaf dat zij juist géén ontslag heeft genomen, is het standpunt van [betrokkene 1] dat sprake zou zijn geweest van een opzegging dan ook niet te volgen. Gelet op het bericht van 1 maart 2024 en de ziekmelding van [eiseres], heeft Hoofdvaart ook uit het feit dat [eiseres] in de dagen na de woordenwisseling niet op het werk is verschenen, niet mogen afleiden dat [eiseres] had opgezegd.