Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
hierna te noemen: RCS
hierna te noemen: [verweerder]
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
4.Het verweer en het tegenverzoek
5.De beoordeling
het verzoek
Als je dat salaris aanraakt, ik zweer het je dat ik naar de belasting(dienst) zal stappen met al die papieren (…). Hoe dan ook , alles wat ik vind dat ik moet doen, zal ik doen. Bovendien als ik mijn zinnen op iets heb…”en “Je kunt me nergens op pakken. Jij kunt helemaal niet aanrichten. Ik zal je vergeten, net als ik gedaan heb met jouw ooms. Zo zal ik ook met jou doen. Hoor je me?” en “Ik zweer het, dat ik je de grond in zal stampen en je eruit halen.” en “Ik ben 62 jaar oud. Het is genoeg geweest met werk. Begrijp je?”.RCS wijst er verder op dat zij van een persoon die anoniem wenst te blijven (uit vrees voor acties van [verweerder] ) heeft vernomen dat [verweerder] tegen deze persoon zou hebben gezegd dat hij RCS zou aanklagen bij de Belastingdienst tot het bedrijf kapot is. Van een zakelijke relatie heeft RCS vervolgens gehoord dat [verweerder] zich meerdere keren heeft beklaagd over het feit dat hij slecht zou worden behandeld door RCS en dat [verweerder] had gezegd dat
hij op Schiphol waar hij dagelijks aanwezig is jou[ [betrokkene 1] , toevoeging kantonrechter]
in een zwart daglicht gaat zetten bij je klanten tot hij zijn zin krijgt(e-mail 13 februari 2024 van [betrokkene 2] ). RCS wijst tenslotte op het feit dat [verweerder] zich vervolgens (nadat hij de waarschuwingsbrief van 11 januari 2024 van RCS had ontvangen) zonder verzoek om uitleg van RCS tot een advocaat heeft gewend. Verder heeft [verweerder] zich zonder enige aanleiding tot de FNV gericht ter zake het niet naleven van de cao door RCS en heeft hij dit met een medewerker van RCS (de heer [betrokkene 3] ) besproken, aldus RCS.
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 34). In dit geval is geen sprake van dergelijk ernstig verwijtbaar handelen of nalaten. Daartoe overweegt de kantonrechter het volgende.
ernstigverwijtbaar handelen van RCS op. RCS heeft zich tegen het in dit verband in kort geding gevorderde loon (zie onder 1.2.) niet (meer) verzet.
ernstigverwijtbaar is, heeft RCS onvoldoende onderbouwd.