Op 4 april 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de ondertoezichtstelling van vier minderjarigen. De gecertificeerde instelling De Jeugd- & Gezinsbeschermers had verzocht om verlenging van de ondertoezichtstelling voor een periode van één jaar. De kinderrechter oordeelde dat, hoewel de ontwikkelingsbedreiging nog aanwezig is, de ondertoezichtstelling niet meer doelmatig en effectief is. De minderjarigen ervaren nog steeds angst voor hun vader, en er is geen vooruitgang geboekt in het contactherstel tussen hen en hun vader. De kinderrechter merkte op dat de hulpverlening van Parlan is gestagneerd en dat de vader onvoldoende openstaat voor samenwerking en hulpverlening. De kinderrechter concludeerde dat de ondertoezichtstelling niet langer gerechtvaardigd is, gezien de stress en spanning die het met zich meebrengt voor de kinderen en de moeder. De kinderrechter heeft het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling afgewezen, in de hoop dat dit rust zal brengen voor de kinderen en mogelijk ruimte zal creëren voor toekomstig contact met hun vader.