ECLI:NL:RBNHO:2024:5196

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
23 mei 2024
Publicatiedatum
27 mei 2024
Zaaknummer
11045585 VV EXPL 24-68
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot nakoming van een vervoersovereenkomst na weigering van vliegticket door luchtvaartmaatschappij

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 23 mei 2024 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een eiser en de luchtvaartmaatschappij EL AL ISRAEL AIRLINES LTD. De eiser had op 7 april 2024 een vliegticket besteld voor een vlucht van Amsterdam naar Tel Aviv op 24 juni 2024, waarbij hij gebruik maakte van gespaarde punten en een deel van de betaling met een creditcard deed. Ondanks de betaling ontving de eiser geen e-ticket en werd hem door EL AL meegedeeld dat er geen reservering was. Na enige tijd gaf EL AL aan dat er een fout was opgetreden en dat de betaling teruggestort zou worden, maar de eiser ontving noch het ticket, noch zijn geld terug.

De eiser vorderde in kort geding dat EL AL de overeenkomst zou nakomen door het vliegticket binnen 48 uur na het vonnis te verstrekken, met een dwangsom van € 250,00 per dag bij niet-nakoming. De kantonrechter oordeelde dat de vordering een spoedeisend belang had, gezien de aanstaande vluchtdatum. De rechter concludeerde dat er een rechtsgeldige overeenkomst tot stand was gekomen en dat EL AL deze moest nakomen. De vordering werd toegewezen, met een maximum aan de dwangsom van € 5.000,00.

Daarnaast werd EL AL veroordeeld in de proceskosten van de eiser, die in totaal € 1.082,67 bedroegen. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen. Deze uitspraak benadrukt de verplichtingen van luchtvaartmaatschappijen bij het aangaan van vervoersovereenkomsten en de rechten van consumenten in dergelijke situaties.

Uitspraak

RECHTBANKNOORD-HOLLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Haarlem
Zaaknummer: 11045585 \ VV EXPL 24-68
Vonnis in kort geding van 23 mei 2024 , bij vervroeging
in de zaak van
[eiser],
wonende te [plaats],
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser],
gemachtigde: Aliter Melius B.V.,
tegen
de rechtspersoon naar buitenlands recht
EL AL ISRAEL AIRLINES LTD,
statutair gevestigd te Tel Aviv, Israël, mede kantoorhoudende te Schiphol
gedaagde partij,
hierna te noemen: EL AL,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding,
- aanvullende producties 11 tot en met 15 zijdens [eiser],
- de mondelinge behandeling van 21 mei 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt,
- de pleitnota van [eiser].
1.2.
Hoewel behoorlijk opgeroepen is EL AL ter zitting niet verschenen. Tegen EL AL is verstek verleend.

2.De feiten

2.1.
Op 7 april 2024 heeft [eiser] op de website van EL AL een vliegticket besteld voor de vlucht van Amsterdam naar Tel Aviv op 24 juni 2024.
2.2.
[eiser] heeft voor betaling van voornoemde vlucht een deel van zijn gespaarde EL AL punten gebruikt en het restant van € 151,81 heeft [eiser] met zijn credit card betaald.
2.3.
[eiser] heeft geen e-ticket van EL AL ontvangen.
2.4.
EL AL gaf eerst aan geen reservering van [eiser] te hebben in het systeem.
2.5.
Op 8 april 2024 heeft EL AL de reservering van [eiser] wel teruggevonden in hun systeem maar aangegeven dat iets mis is gegaan met het betaalproces en geen betaling was ontvangen.
2.6.
EL AL gaf op 2 mei 2024 aan dat sprake was van een “error” en de ontvangen betaling teruggestort zou worden.
2.7.
[eiser] heeft geen e-ticket voor de betreffende vlucht ontvangen en ook het reeds betaalde geld van EL AL niet retour gekregen.

3.Het geschil

3.1.
[eiser] vordert EL AL te veroordelen de tot stand gekomen (vervoers)overeenkomst na te komen, in die zin dat zij binnen 48 uur na het te wijzen vonnis aan [eiser] het vliegticket voor de vlucht LY338 van [plaats] naar Tel Aviv op 24 juni 2024 dient te verstrekken, op straffe van een dwangsom van € 250,00 per dag.
3.2.
[eiser] legt aan de vordering ten grondslag dat tussen partijen een rechtsgeldig (vervoers)overeenkomst tot stand is gekomen en EL AL deze moet nakomen.

4.De beoordeling

4.1.
Omdat EL AL een rechtspersoon naar buitenlands recht is, heeft de vordering een internationale karakter. De rechter moet ambtshalve toetsen of de Nederlandse rechter bevoegd is. De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen en het Nederlands recht van toepassing is.
4.2.
Het gaat hier om een in kort geding gevorderde voorlopige voorziening. De rechter moet daarom eerst beoordelen of [eiser] ten tijde van dit vonnis bij die voorziening een spoedeisend belang heeft. Omdat de vordering betrekking heeft op een ticket voor de vlucht van 24 juni 2024 is het spoedeisend belang een gegeven.
4.3.
Gezien de stukken en wat ter zitting is toegelicht, heeft de vordering zodanige kans van slagen in een bodemprocedure dat toewijzing in kort geding gerechtvaardigd is. De vordering komt niet onrechtmatig of ongegrond voor zodat deze wordt toegewezen met dien verstande dat de gevorderde dwangsom wordt gemaximeerd als in het dictum vermeld.
4.4.
EL AL is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van [eiser] worden begroot op:
- griffierecht
87,00
- salaris gemachtigde
543,00
- dagvaardingskosten
411,67
- nakosten
41,00
Totaal
1.082,67

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt EL AL de tot stand gekomen (vervoers)overeenkomst na te komen, in die zin dat zij binnen 48 uur na heden aan [eiser] het vliegticket voor de vlucht LY338 van [plaats] naar Tel Aviv op 24 juni 2024 dient te verstrekken via het in het lichaam van de dagvaarding genoemde e-mailadres;
5.2.
veroordeelt EL AL om aan [eiser] een dwangsom te betalen van € 250,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet aan de hoofdveroordeling voldoet, tot een maximum van € 5.000,00 is bereikt,
5.3.
veroordeelt EL AL in de proceskosten van € 1.082,67, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe,
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. E. Jochem en in het openbaar uitgesproken op 23 mei 2024.