Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[bedrijf 1],
[bedrijf 2],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 30 augustus 2023
- de mondelinge behandeling van 13 november 2023, tijdens welke zitting de advocaten het woord gevoerd hebben aan de hand van spreekaantekeningen en van welke zitting de griffier aantekeningen heeft bijgehouden. Tijdens deze zitting heeft de rechter beslist dat [eiseres] uiterlijk op 28 november 2023 een volledig dossier aan [gedaagde] moest toesturen, dat [gedaagde] vervolgens bij akte mocht reageren, dat [eiseres] daarna bij akte mocht reageren en dat vervolgens opnieuw een nieuwe mondelinge behandeling zou worden bepaald.
- de akte van de zijde van [gedaagde] van 13 december 2023
- de nadere akte van de zijde van [eiseres] van 3 januari 2024
- de akte overlegging nadere producties van [eiseres]
- de akte houdende vermeerdering van eis van [eiseres]
- de mondelinge behandeling van 27 maart 2024, tijdens welke zitting de advocaten het woord gevoerd hebben aan de hand van spreekaantekeningen en van welke zitting de griffier aantekeningen heeft bijgehouden.
2.De feiten
.Met een mail van 15 juni 2020 heeft [eiseres] nog eens meegedeeld:
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
- over 2017 een bedrag van € 3.396,00
- over 2018 een bedrag van € 10.938,00 en
- over 2019 en een bedrag van € 21.435,00
€ 178,00