Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[eiser]
1.De verdere procedure
2.De verdere beoordeling
betalingsverplichting’ wordt genoemd. Volgens de eisende partij wordt hiermee bedoeld de verplichting van de huurder om binnen de wettelijke betalingstermijn van veertien dagen over te gaan tot algehele betaling van de vordering, zoals dit uitdrukkelijk vermeld is in de aanmaning van 12 september 2023 en in de veertiendagenbrief van 6 november 2023.
betalingsverplichting’ kan niet worden afgeleid dat dit de verplichting van de huurder inhoudt om binnen de wettelijke betalingstermijn van veertien dagen zoals bedoeld in de veertiendagenbrief over te gaan tot algehele betaling. Dat de eisende partij wel een veertiendagenbrief aan de gedaagde partij heeft verstuurd en in zoverre feitelijk heeft voldaan aan artikel 6:96 lid 6 BW, doet daaraan niet af. Of de eisende partij de consument ook daadwerkelijk aan de bedongen afspraken houdt, is voor de beoordeling van de (on)eerlijkheid van het beding namelijk niet relevant. De conclusie is dat sprake is van een oneerlijk beding en daarom wordt dit beding vernietigd.