ECLI:NL:RBNHO:2024:3509
Rechtbank Noord-Holland
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Verstekvonnis inzake huurachterstand en oneerlijk beding in algemene voorwaarden
In deze zaak heeft de kantonrechter op 27 maart 2024 uitspraak gedaan in een verstekvonnis tussen de Stichting DUWO, eisende partij, en een niet verschenen gedaagde partij. De eisende partij vorderde betaling van een huurachterstand van € 2.154,73, servicekosten van € 24,68, buitengerechtelijke incassokosten van € 391,08, en vervallen rente tot 18 oktober 2023 van € 86,07, vermeerderd met wettelijke rente en proces- en nakosten. De kantonrechter heeft in een eerder tussenvonnis van 6 december 2023 de eisende partij de gelegenheid gegeven om zich uit te laten over de (on)eerlijkheid van een beding in de algemene voorwaarden. De eisende partij stelde dat het beding niet oneerlijk was, maar de kantonrechter oordeelde dat de formulering van het beding onduidelijk was en niet voldeed aan de wettelijke vereisten. Hierdoor werd het beding vernietigd.
De kantonrechter heeft de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten afgewezen, maar de huurachterstand en servicekosten zijn toegewezen, omdat deze vorderingen niet onrechtmatig of ongegrond waren. De vordering tot vergoeding van de verschenen rente werd afgewezen, omdat de renteberekening niet inzichtelijk was gemaakt. De gedaagde partij werd overwegend in het ongelijk gesteld en veroordeeld in de proceskosten, met uitzondering van de kosten voor de akte die voor rekening van de eisende partij blijven. De gedaagde partij werd veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 2.179,41 aan achterstallige huurpenningen en servicekosten, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 18 oktober 2023 tot aan de dag van volledige betaling.