Op 20 februari 2024 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 12 januari 2022 betrokken was bij een verkeersongeval te Leimuiderbrug, gemeente Haarlemmermeer. De verdachte, een beginnend bestuurder van een bestelauto, negeerde een verkeerslicht dat al minimaal 7,5 seconden op rood stond en kwam in botsing met een personenauto die op dat moment groen licht had. Het ongeval resulteerde in zwaar lichamelijk letsel voor de bestuurster van de andere auto, die een wervelbreuk opliep en twee operaties moest ondergaan. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich aanmerkelijk onvoorzichtig en/of onoplettend had gedragen, wat leidde tot de bewezenverklaring van de overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994.
Tijdens de rechtszitting op 6 februari 2024 werd de vordering van de officier van justitie besproken, die een taakstraf van 120 uren en een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voorstelde. De verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat de verkeersregelinstallatie niet correct functioneerde en dat de verdachte slechts tijdelijk onoplettend was geweest. De rechtbank verwierp deze argumenten en concludeerde dat de verdachte meer dan een enkel moment van onoplettendheid had vertoond.
De rechtbank legde de verdachte een taakstraf op van 120 uren en een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 6 maanden, met een proeftijd van 2 jaren. De rechtbank hield rekening met het feit dat de verdachte niet eerder was veroordeeld en dat het ongeval een grote impact had op het slachtoffer. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van verkeersdeelnemers om zich aan de verkeersregels te houden en de gevolgen van onvoorzichtig rijgedrag.