ECLI:NL:RBNHO:2024:1574

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
16 februari 2024
Publicatiedatum
16 februari 2024
Zaaknummer
C/15/334573 / FA RK 22-5757
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • P.W.M. de Wolf MSM
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigverklaring en doorhaling van een huwelijksakte wegens niet-ontbonden eerder huwelijk

Op 16 februari 2024 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de nietigverklaring van een huwelijksakte. De zaak werd behandeld door de enkelvoudige kamer voor familiezaken op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Noord-Holland. Het verzoek was gericht op de nietigverklaring van de huwelijksakte van [naam 1] en [naam 2], die op [huwelijksdatum 2] in de gemeente [gemeente 1] was opgemaakt. De officier van justitie stelde dat [naam 1] ten tijde van het huwelijk met [naam 2] nog gehuwd was met [naam 3], aangezien de echtscheiding met [naam 3] op 27 april 2018 was uitgesproken, maar niet betekend was. Hierdoor voldeed [naam 1] niet aan de vereisten om een nieuw huwelijk aan te gaan.

De rechtbank heeft vastgesteld dat het huwelijk tussen [naam 1] en [naam 2] nietig verklaard moest worden, omdat [naam 1] op het moment van het huwelijk met [naam 2] nog steeds als gehuwd geregistreerd stond in België. De rechtbank oordeelde dat de huwelijksakte ten onrechte in de registers van de burgerlijke stand was opgenomen en heeft daarom ook de doorhaling van deze akte gelast. De beslissing is genomen op basis van artikel 1:33 BW, dat bepaalt dat een persoon slechts met één ander persoon tegelijkertijd door het huwelijk verbonden kan zijn, en artikel 1:69 lid 1 onder d BW, dat het Openbaar Ministerie het recht geeft om een nietigverklaring te verzoeken.

De uitspraak is gedaan door mr. P.W.M. de Wolf MSM, in aanwezigheid van de griffier mr. N. van Lede-Terhaar sive Droste. Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Familie en Jeugd
locatie Haarlem
wijziging akte burgerlijke stand
zaak-/rekestnr.: C/15/334573 / FA RK 22-5757
beschikking van de enkelvoudige kamer voor familiezaken van 16 februari 2024
op het verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Noord-Holland
(hierna te noemen: de officier),
gevestigd te Haarlem,
strekkende tot nietigverklaring van de huwelijksakte en tot doorhaling van de akte nummer [nummer] van het jaar 2022 van de gemeente [gemeente 1] betreffende:
[naam 1] ,
geboren op [geboortedatum 1] te [plaats 1] ,
verblijvende op een voor de rechtbank onbekend adres,
hierna te noemen: [naam 1] ,
en
[naam 2] ,
geboren op [geboortedatum 2] te [plaats 2] , Brazilië,
verblijvende op een voor de rechtbank onbekend adres,
hierna te noemen: [naam 2] .
De rechtbank merkt als belanghebbende aan:
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 1],
gevestigd te [plaats 3] ,
hierna: de ambtenaar.

1.Procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift, met bijlagen, van de officier van justitie, ingekomen op 5 december 2022.
1.2.
De behandeling van de zaak heeft plaatsgevonden op 29 januari 2024 in aanwezigheid van de ambtenaar, ter zitting vertegenwoordigd door [vertegenwoordiger van de ambtenaar] .
1.3.
De officier heeft bij brief, ingekomen op 11 januari 2024, bericht niet ter zitting te zullen verschijnen.
1.4.
[naam 1] en [naam 2] zijn, hoewel daartoe behoorlijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen.

2.Feiten en omstandigheden

2.1.
[naam 1] is op [huwelijksdatum 1] in de gemeente [gemeente 2] (België) gehuwd met [naam 3] (hierna: [naam 3] ).
2.2.
Op 27 april 2018 is de echtscheiding tussen [naam 1] en [naam 3] bij (verstek)vonnis uitgesproken door de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent. Het echtscheidingsvonnis is niet betekend.
2.3.
Op 14 december 2021 heeft de ambtenaar een reservering voor een huwelijk ontvangen van [naam 1] , met zaaknummer [zaaknummer] . [naam 1] heeft daarbij [naam 2] opgegeven als partner. Op de schriftelijke melding voorgenomen huwelijk heeft [naam 1] verklaard ongehuwd te zijn.
2.4.
Op [huwelijksdatum 2] is in de gemeente [gemeente 1] een akte van huwelijk opgemaakt onder nummer [nummer] van het jaar 2022 van het huwelijk dat daarin – voor zover in dit kader van belang – wordt aangeduid met de volgende gegevens:
ECHTGENOTEN
Geslachtsnaam voor het huwelijk : [geslachtsnaam 1]
Voornamen : [voornamen 1]
Geslacht : mannelijk
Plaats van geboorte : [plaats 1]
Dag van geboorte : [geboortedatum 1]
Geslachtsnaam na het huwelijk : [geslachtsnaam 1]
Geslachtsnaam voor het huwelijk : [geslachtsnaam 2]
Voornamen : [voornamen 2]
Geslacht : vrouwelijk
Plaats van geboorte : [plaats 2] , Brazilië
Dag van geboorte : [geboortedatum 2]
Geslachtsnaam na het huwelijk : [geslachtsnaam 2]
Dag van het huwelijk : [huwelijksdatum 2]
Plaats van het huwelijk : [plaats 3]
2.5.
Op 26 augustus 2022 ontvangt de ambtenaar een emailbericht van de Dienst Vreemdelingen, afdeling Burgerzaken van de gemeente [gemeente 3] te België, naar aanleiding van een verzoek van [naam 1] en [naam 2] om zich in te schrijven in België. De (Nederlandse) huwelijksakte van [naam 1] en [naam 2] kan niet geregistreerd worden, omdat [naam 1] in België nog als gehuwd geregistreerd staat.
2.6.
De ambtenaar doet op 14 september 2022 aangifte van een strafbaar feit, als bedoeld in artikel 237 van het Wetboek van Strafrecht.
2.7.
[naam 1] heeft de Nederlandse nationaliteit. [naam 2] heeft de Braziliaanse nationaliteit.

3.Verzoek

3.1.
De officier van justitie verzoekt op basis van een daartoe strekkend verzoek van de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 1] , de huwelijksakte met nummer [nummer] van het jaar 2022 nietig te verklaren. De rechtbank begrijpt dit verzoek aldus, dat wordt verzocht het huwelijk tussen [naam 1] en [naam 2] nietig te verklaren.
3.2.
Daarnaast verzoekt de officier van justitie te gelasten dat de huwelijksakte met nummer [nummer] van het jaar 2022 wordt doorgehaald.

4.Verweer

4.1.
Door of namens partijen is geen verweer gevoerd.

5.Beoordeling

5.1.
Artikel 1:33 van het Burgerlijk Wetboek (BW) bepaalt dat een persoon slechts met één ander persoon tegelijkertijd door het huwelijk verbonden kan zijn.
5.2.
Op grond van artikel 1:69 lid 1 onder d BW kan de nietigverklaring van een huwelijk worden verzocht door het Openbaar Ministerie, mits het huwelijk niet is ontbonden. De grond voor dit verzoek is dat de echtgenoten niet de vereisten in zich verenigen om tezamen een huwelijk aan te gaan.
5.3.
Uit de door het Openbaar Ministerie overgelegde stukken blijkt dat [naam 1] op [huwelijksdatum 1] in de gemeente [gemeente 2] (België) is gehuwd met [naam 3] . Dit huwelijk wordt op grond van artikel 10:31 lid 1 BW in Nederland erkend.
5.4.
Op 27 april 2018 is de echtscheiding tussen [naam 1] en [naam 3] bij (verstek)vonnis uitgesproken door de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent. Het echtscheidingsvonnis is in België niet betekend. Door of namens partijen zijn geen stukken ingebracht die dit weerspreken. De rechtbank zal daarom als vaststaand aannemen dat de echtscheidingsbeschikking gedateerd 27 april 2018 op [huwelijksdatum 2] (de dag van het huwelijk tussen [naam 1] en [naam 2] ) niet in kracht van gewijsde was gegaan. Het huwelijk tussen [naam 1] en [naam 3] was ten tijde van de huwelijkssluiting met [naam 2] dus nog niet ontbonden. Hieruit volgt dat [naam 1] ten tijde van het huwelijk met [naam 2] niet aan de vereisten voldeed om een huwelijk aan te gaan. Eveneens volgt hieruit dat er grond is tot nietigverklaring van het huwelijk tussen [naam 1] en [naam 2] .
5.5.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank het huwelijk tussen [naam 1] en [naam 2] nietig verklaren.
5.6.
De nietigverklaring van het huwelijk brengt mee dat de huwelijksakte ten onrechte in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 1] is opgenomen. Het verzoek tot doorhaling van deze akte zal daarom op grond van artikel 1:24 BW worden toegewezen.

6.Beslissing

De rechtbank:
6.1.
verklaart nietig het op [huwelijksdatum 2] in de gemeente [gemeente 1] gesloten huwelijk tussen [naam 1] , geboren op [geboortedatum 1] te [plaats 1] , en [naam 2] , geboren op [geboortedatum 2] te [plaats 2] , Brazilië;
6.2.
gelast doorhaling van de akte nummer [nummer] , voorkomende in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 1] over het jaar 2022, betreffende [naam 1] en [naam 2] ;
6.3.
draagt - op grond van artikel 1:20e lid 1 BW - de griffier op niet eerder dan drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking - en indien daartegen geen hoger beroep is ingesteld- een afschrift van deze beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 1] .
Deze beschikking is gegeven door mr. P.W.M. de Wolf MSM, rechter, in tegenwoordigheid van mr. N. van Lede-Terhaar sive Droste, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 16 februari 2024.
Tegen deze beschikking kan – voor zover er definitief is beslist – door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. De verzoekende partij en de verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.