1.Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
parketnummer 15-224371-19
feit 1
hij op of omstreeks 12 september 2019 te Zwanenburg, gemeente Haarlemmermeer, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad:
- ongeveer 10,80 kilogram, in elk geval een hoeveelheid hennep(gruis) en/of
- ongeveer 34,39 kilogram, in elk geval een hoeveelheid hennep en/of
- ongeveer 0,53 kilogram, in elk geval een hoeveelheid hennep en/of
- ongeveer 18,92 gram, in elk geval een hoeveelheid hennep en/of
- ongeveer 2,66 gram, in elk geval een hoeveelheid hennep en/of
- ongeveer 2,65 kilogram van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep waaraan geen andere substanties zijn toegevoegd (hasjiesj), in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep en/of hasjiesj, zijnde die hennep en/of hasjiesj (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
feit 2
hij op of omstreeks 12 september 2019 te Zwanenburg, gemeente Haarlemmermeer, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt aan [naam] ,
- ongeveer 40,73 gram, in elk geval een hoeveelheid hennep en/of
- ongeveer 97,73 gram van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep waaraan geen andere substanties zijn toegevoegd (hasjiesj),
in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep en/of hasjiesj, zijnde die hennep en/of hasjiesj (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
feit 3
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 maart 2015 tot en met 12 september 2019, te Zwanenburg, gemeente Haarlemmermeer, althans in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) (van) een of meerdere geldbedrag(en) (te weten een bedrag van €21140 en/of een bedrag van €90000), althans een of meerdere voorwerp(en)
- de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of heeft verhuld, dan wel
- heeft verborgen en/of heeft verhuld wie de rechthebbende(n) op dat/die geldbedrag(en), althans een of meerdere voorwerp(en) was/waren, en/of
- heeft verborgen en/of heeft verhuld wie dat/die geldbedrag(en), althans een of meerdere voorwerp(en) voorhanden had(den)
- heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet, en/of
terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) (telkens) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat/die geldbedrag(en), althans een of meerdere voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig (eigen) misdrijf;
parketnummer 15-070989-23
feit 1
hij op of omstreeks 13 oktober 2021, te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer (van) een geldbedrag (€6150), althans een of meer voorwerpen
- de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of heeft verhuld, dan wel
- heeft verborgen en/of heeft verhuld wie de rechthebbende(n) op dat /die voorwerp(en) was/waren, en/of
- heeft verborgen en/of heeft verhuld wie dat/die voorwerp(en) voorhanden had(den)
- heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet, en/of
terwijl hij, verdachte, wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden dat dat/die voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
feit 2
hij op of omstreeks 13 oktober 2021 te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 2999 gram, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
2. Voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.