Uitspraak
1.De procedure
2.Feiten
3.Het verzoek
primairaan haar verzoek ten grondslag dat de arbeidsplaats van [verweerder] is komen te vervallen als gevolg van de bedrijfseconomische omstandigheden van [verzoeker]. [1] [verzoeker] is van mening dat het UWV de gevraagde toestemming voor opzegging van de arbeidsovereenkomst ten onrechte heeft geweigerd.
meer subsidiairwegens verwijtbaar handelen van [verweerder] en
nog meer subsidiairwegens een duurzaam verstoorde arbeidsverhouding. [2]
4.Het verweer en het (subsidiaire) tegenverzoek:
primairvan mening dat het verzoek van [verzoeker] moet worden afgewezen.
subsidiairom haar een transitievergoeding van € 706,28 bruto en een billijke vergoeding van € 13.927,74 bruto toe te kennen (en – naar de kantonrechter begrijpt – in het geval van ontbinding op de ‘i-grond’ een aanvullende vergoeding van € 353,14 bruto).
5.De beoordeling
‘Volgens mij zijn we gewoon allemaal een team en is het niet per se die staat hoger dan de ander’. Vervolgens zegt [betrokkene 2]: ‘
We zijn wel een team, maar als het niet zo gaat als je denkt, moet je wel normaal overleggen en respect hebben.’ [verweerder] antwoordt daarop met: ‘
Dat respect is wel ver te zoeken.’ Waarop [betrokkene 2] reageert met: ‘
Als je het gevoel hebt dat je niet gerespecteerd wordt, waarom wil je hier dan blijven werken?’ Vervolgens volgt weer een discussie over de gewerkte uren, waarna [betrokkene 2] opmerkt: ‘
Nu ga je weer boksen’. Aan het eind van het gesprek zegt [betrokkene 1] dat zij al zo vaak met [verweerder] heeft besproken dat zij haar werk niet goed doet, maar dat er geen verbetering te zien is. [verweerder] zegt daarop:
‘Ik doe mijn werk gewoon goed.’Aan het eind van het gesprek zegt [verweerder]
‘Fijne dag’en is te horen dat zij de trap afloopt. Of [verweerder] bij het weggaan dreigende of obscene gebaren maakt, is op grond van de geluidsopname niet vast te stellen. [13]
6.De beslissing
De griffier, De kantonrechter,