Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 19 december 2024 in de zaak tussen
[verzoekster] , uit [plaats 2] , verzoekster
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem, verweerder
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
Feiten en omstandigheden
Bezwaar en verzoek om voorlopige voorziening
Verweerschrift
Omdat de reden van de dakloosheid niet het gevolg is van problemen bij het zich handhaven in de samenleving is verweerder niet verplicht om verzoekster samen met haar dochter opvang te verstrekken op grond van de Wmo 2015.
Beoordeling door de voorzieningenrechter
Verweerder heeft verzoekster (zonder haar dochter) – buiten de Wmo 2015 om – in de noodopvang opgevangen gedurende twee weken om verder onderzoek te verrichten.
Een besluit naar aanleiding van de melding op grond van artikel 2.3.2, van de Wmo is (nog) niet genomen.
Heeft het bezwaar van verzoekster een redelijke kans van slagen?
De enkele verwijzing naar het gespreksverslag van 18 november 2024 en het ter zitting gedane aanbod om de vader te horen acht de voorzieningenrechter daartoe ontoereikend. Objectieve en verifieerbare informatie waaruit volgt dat de vader de verantwoordelijkheid voor het verblijf en de zorg van zijn dochter op zich kan nemen ontbreekt en zou met het horen van de vader ter zitting ook niet zijn verkregen.
Beslissing naar aanleiding van de melding op grond van artikel 2.3.2, van de Wmo
In de eerst genoemde uitspraak is het desbetreffende college in overweging gegeven om het nog uit te voeren onderzoek naar de belangen van de kinderen en de afweging daarvan in deze situatie uit te voeren of uit te laten voeren aan de hand van de door de Kinderombudsman daartoe ontwikkelde handreiking.
In de tweede uitspraak is het college gewezen op de mogelijkheid van het inschakelen van de Raad voor de Kinderbescherming als deskundige. Dit is volgens die rechtbank bij uitstek een organisatie die de belangen van het kind in kaart kan brengen als ook welke vormen van hulp en/of ondersteuning nodig zijn om de ontwikkeling van het kind te waarborgen.