Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
- de verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 29 november 2024;
- het proces-verbaal van aangifte door [benadeelde] van 4 juli 2023 (pagina’s 54 en 55 van het dossier);
- het proces-verbaal van verhoor van aangever [benadeelde] van 27 juni 2023 (pagina’s 50 tot en met 53 van het dossier);
- het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 1] (pagina’s 11 tot en met 13 van het dossier);
- het proces-verbaal van verhoor van de verdachte van 29 juni 2023 (pagina’s 23 tot en met 27 van het dossier);
- het proces-verbaal van verhoor van de verdachte [medeverdachte 1] (pagina 20 van het aanvullend pv);
- het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 2] (pagina’s 74 tot en met 90 van het dossier);
- het proces-verbaal van bevindingen opnemen telecommunicatie (pagina’s 70 en 71 van het dossier);
- het proces-verbaal observatie (pagina’s 114 en 115 van het dossier);
- het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 3] (pagina 116 van het dossier); en
- het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 3] (pagina’s 118 tot en met 120 van het dossier).
4.Kwalificatie en strafbaarheid van het feit
5.Strafbaarheid van de verdachte
6.Motivering van de sanctie
- meldplicht bij de reclassering;
- een contactverbod met haar kinderen [minderjarige 1], geboren op [geboortedatum 2], en [minderjarige 2], geboren op [geboortedatum 3], waarvan afgeweken kan worden als de hulpverlenende instanties zoals het wijkteam Schagen in samenwerking met de reclassering hier reden toe zien binnen het kader van een omgangsregeling of bezoek onder toezicht;
- een contactverbod met de medeverdachte [medeverdachte 2], geboren op 5 oktober 1962;
- een contactverbod met de 12 in het reclasseringsrapport genoemde personen, waarvan bekend is dat zij anderen aanzetten om hun gedachtengoed te ondersteunen en te verspreiden en waarvan bekend is dat zij met justitie in aanraking zijn gekomen; en
- een locatieverbod voor de [adres] te Schagen of bij de school waar haar kinderen onderwijs volgen.
7.Vrijheidsbenemende / vrijheidsbeperkende maatregelen
- de verdachte zal zich voor de duur van
- de verdachte zal voor de duur van
8.Vordering benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel
(in totaal) € 12.336,51 ingediend tegen de verdachte wegens materiële en immateriële schade die hij als gevolg van het ten laste gelegde feit zou hebben geleden, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag. De gestelde materiële schade bestaat uit de volgende posten:
(€ 1.200,-) en de reiskosten (€ 123,27). Ten aanzien van de overige gevorderde kosten is de rechtbank van oordeel dat onvoldoende is onderbouwd dat deze in rechtstreeks verband staan met het bewezenverklaarde feit. De rechtbank zal de vordering voor het overige daarom afwijzen.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
180 (honderdtachtig) dagen.
77 (zevenenzeventig) dagen nietten uitvoer zal worden gelegd en stelt daarbij een proeftijd vast van drie jaren.
3 (drie) jarenzich niet zal ophouden in de gemeente Schagen. Hiervan kan worden afgeweken als de hulpverlenende instanties, zoals het wijkteam Schagen en de reclassering, hiertoe reden zien binnen het kader van het toezicht.
ontactverbod
3 (drie) jarenop geen enkele wijze - direct of indirect - contact zal opnemen, zoeken of hebben met [minderjarige 1], geboren op [geboortedatum 2], en [minderjarige 2], geboren op [geboortedatum 3].
[benadeelde]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.323,27 (tweeduizend driehonderddrieëntwintig euro en zevenentwintig cent), bestaande uit € 1.323,27 als vergoeding voor de materiële en € 1.000,- als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 23 juni 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [benadeelde], voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
€ 2.323,27 (tweeduizend driehonderddrieëntwintig euro en zevenentwintig cent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 33 dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 juni 2023 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.