Op 5 december 2024 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, uitspraak gedaan in een civiele zaak betreffende de opheffing van een bewind. Verzoeker, die in 2022 onder bewind was gesteld na het oplopen van hersenletsel, heeft verzocht om het bewind op te heffen. Hij stelt dat hij inmiddels in staat is om zijn financiën zelf te beheren en wil zijn leven weer oppakken door een fietsenzaak te beginnen. De bewindvoerder, Bonnerman & Partners B.V., heeft echter verweer gevoerd en betoogd dat verzoeker nog niet in staat is om zijn financiën zelfstandig te beheren. Tijdens de mondelinge behandeling op 2 december 2024 waren zowel verzoeker als de bewindvoerder aanwezig, evenals de letselschadeadvocaat van verzoeker.
De kantonrechter heeft de argumenten van beide partijen gehoord en vastgesteld dat verzoeker nog steeds onder invloed van de gevolgen van zijn hersenletsel staat. Ondanks de vooruitgang die verzoeker heeft geboekt, is het volgens de bewindvoerder en de letselschadeadvocaat nog niet verantwoord om verzoeker de verantwoordelijkheid voor zijn financiën te geven. De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de noodzaak voor het bewind nog steeds aanwezig is, gezien de ernst van de situatie en de noodzaak voor begeleiding in het financiële beheer van verzoeker.
Daarom heeft de kantonrechter het verzoek tot opheffing van het bewind afgewezen. De beslissing is genomen door mr. M.T. Goossens en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.