ECLI:NL:RBNHO:2024:12595
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot nakoming van afspraken over woningverdeling na beëindiging relatie
In deze civiele zaak vordert de vrouw medewerking van de man tot nakoming van afspraken die in 2020 zijn gemaakt over de verdeling van hun gezamenlijke woning. De rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, heeft op 4 december 2024 uitspraak gedaan in deze zaak. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. M. de Geest, stelt dat de man moet meewerken aan de notariële handelingen die nodig zijn om de woning aan haar toe te delen tegen de getaxeerde waarde van € 167.500,00. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. A.W. Hoogland, heeft verweer gevoerd en betoogd dat de actuele waarde van de woning moet worden gehanteerd, gezien de stijgende woningmarkt sinds 2020.
De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen in oktober 2020 overeenstemming hebben bereikt over de waarde van de woning en dat de man gedurende vier jaar geen aanspraak heeft gemaakt op nakoming van de gemaakte afspraken. De rechtbank oordeelt dat de vordering van de vrouw toewijsbaar is en dat de woning aan haar moet worden toegedeeld tegen de afgesproken waarde. De rechtbank compenseert de proceskosten tussen partijen, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt. De uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat de man moet meewerken aan de afwikkeling van de gemaakte afspraken, en dat de uitspraak dezelfde kracht heeft als een door de man ondertekende volmacht aan de vrouw indien hij niet meewerkt.