ECLI:NL:RBNHO:2024:12271

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
26 november 2024
Publicatiedatum
28 november 2024
Zaaknummer
10951028 BZ VERZ 24-795
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag van bewindvoerder wegens onbehoorlijk beheer en benoeming van professionele opvolger

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 26 november 2024 een beschikking gegeven waarbij de bewindvoerder, dochter van de rechthebbende, ambtshalve is ontslagen. De bewindvoerder had zonder machtiging van de rechthebbende geld geleend, uitgaven gedaan van meer dan € 2.000, geld geschonken en de woning van de rechthebbende verhuurd. Tevens bleek zij niet in staat om de vermogenspositie van de rechthebbende voldoende inzichtelijk te maken. De kantonrechter heeft op basis van de ingediende rekeningen en verantwoordingen, alsook de verklaringen van de bewindvoerder tijdens de mondelinge behandeling, geconcludeerd dat zij niet in staat was om de belangen van de rechthebbende op een deugdelijke wijze te behartigen. Hierdoor is besloten om een professionele bewindvoerder te benoemen, A.L. Malschaert h.o.d.n. Bewindvoering Texel, die de taken van de bewindvoerder zal overnemen. De kantonrechter heeft ook de jaarbeloning van de nieuwe bewindvoerder vastgesteld en bepaald dat de eindrekening en verantwoording door de oude bewindvoerder aan de nieuwe bewindvoerder moet worden afgelegd. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en er is een mogelijkheid tot hoger beroep bij het Gerechtshof te Amsterdam binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer: 10951028 BZ VERZ 24-795 sc
Uitspraakdatum: 26 november 2024
BM 24207

Beschikking van de kantonrechter

De kantonrechter gaat ambtshalve over tot ontslag van de bewindvoerder en benoeming van een nieuwe bewindvoerder over de goederen die (zullen) toebehoren aan:
[betrokkene],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
van wie het adres bekend is bij deze rechtbank,
hierna ook te noemen: betrokkene,

procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
  • de rekening en verantwoording over de periode van 16 september 2020 tot en met
  • een aanvulling op de rekening en verantwoording, digitaal ingediend op
20 juli 2022;
- een aanvulling op de rekening en verantwoording, digitaal ingediend op
15 september 2022;
- de rekening en verantwoording over het jaar 2022, digitaal ingediend op
31 augustus 2023.
Een mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 23 april 2024. De griffier heeft hiervan aantekeningen gemaakt. De bewindvoerder is verschenen, vergezeld van haar advocaat mr. V.C. van der Velde.
Hierna zijn de volgende stukken ontvangen:
  • een aangepaste versie van de rekening en verantwoording over de periode van
  • een aangepaste versie van de rekening en verantwoording over het jaar 2022, digitaal ingediend met toelichting op 30 mei 2024;
  • een bereidverklaring van de opvolgend bewindvoerder, ter griffie ingekomen op

beoordeling

Bij beschikking van 15 september 2020 is een bewind ingesteld over de (toekomstige) goederen van betrokkene wegens haar geestelijke of lichamelijke toestand met benoeming van [bewindvoerder] (hierna: [bewindvoerder], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum], van wie het adres bekend is bij deze rechtbank, tot bewindvoerder. [bewindvoerder] is tevens benoemd tot mentor van betrokkene.
[bewindvoerder] heeft de taak rekening en verantwoording over het vermogen van betrokkene af te leggen aan de kantonrechter. Dat heeft zij gedaan.
Uit de rekening en verantwoording over de periode van 16 september 2020 tot en met
31 december 2021 blijkt dat [bewindvoerder] zonder machtiging:
  • uitgaven heeft gedaan van boven de € 2.000,00. Het gaat om verhuiskosten van
  • € 5.000,00 heeft geleend van betrokkene;
  • bedragen geschonken aan zichzelf en haar twee kinderen.
Uit de rekening en verantwoording over het jaar 2022 blijkt dat [bewindvoerder] zonder machtiging:
- wederom bedragen heeft geschonken;
- is overgegaan tot verhuur van de woning van betrokkene.
[bewindvoerder] is er tijdens de mondeling van het verzoek tot onderbewindstelling op
11 augustus 2020 op gewezen dat zij voor de hiervoor genoemde handelingen vooraf machtiging moet vragen aan de kantonrechter. Bij brief van 8 april 2021 is zij nogmaals op deze verplichting gewezen. Ook is zij gewezen op de richtlijnen die zijn vastgelegd in de Aanbevelingen Meerderjarigenbewind.
Vanwege het niet vragen van toestemming voor de hiervoor genoemde handelingen en ook omdat [bewindvoerder] de vermogenspositie van de betrokkene onvoldoende inzichtelijk had gemaakt - het verschil tussen de inkomsten en de uitgaven enerzijds en het verschil tussen het totaalsaldo op de begindatum en het totaalsaldo op de einddatum anderzijds was niet hetzelfde - heeft de kantonrechter aanleiding gezien om de geschiktheid van [bewindvoerder] als bewindvoerder te onderzoeken, en is zij uitgenodigd om op de zitting te verschijnen op
23 april 2024.
Ter zitting heeft [bewindvoerder] o.a. verklaard dat zij naïef en te laconiek is geweest met het invullen van de formulieren ‘rekening en verantwoording’ omdat zij niet alles snapte. Ook heeft zij erkend kleinere bedragen aan zichzelf te hebben geschonken omdat zij dacht dat dat wel kon en omdat het boven een bepaald bedrag niet was toegestaan. [bewindvoerder] heeft verklaard dat zij niet kan rechtpraten wat krom is en dat zij de aan haar verstrekte lening zal terugbetalen. Ook heeft zij verklaard dat zij de hulp van een boekhouder heeft bij het opstellen van het vermogensoverzicht.
Ter zitting heeft de kantonrechter [bewindvoerder] opgedragen om de beide formulieren ‘rekening en verantwoording’ te corrigeren en opnieuw in te dienen. [bewindvoerder] heeft de beide formulieren opnieuw ingediend maar niet alle opmerkingen van de kantonrechter hierin verwerkt. Zo heeft [bewindvoerder] de lening en de schenkingen niet opgenomen bij ‘vorderingen betrokkene” en geen voorstel voor de terugbetaling hiervan gedaan. Ook heeft zij het huurcontract en de ontbrekende bankafschriften niet bijgevoegd. Enkele uitgaven heeft [bewindvoerder] verwijderd uit de uitgavenstaat, terwijl uit de bijgevoegde facturen blijkt dat die kosten wel zijn betaald.
De kantonrechter is, gelet op de inhoud van de stukken en de afgelegde verklaring, van oordeel dat [bewindvoerder], dochter van betrokkene, ambtshalve dient te worden ontslagen uit haar functie van bewindvoerder over de goederen van betrokkene. Een bewindvoerder moet in staat zijn om de vermogensrechtelijke belangen van een rechthebbende op deugdelijke wijze te behartigen. De kantonrechter heeft hierop een toezichthoudende taak en het is daarom van belang dat er op een juiste wijze rekening en verantwoording wordt afgelegd. [bewindvoerder] is onvoldoende in staat gebleken om haar taak van bewindvoerder op juiste wijze uit te voeren, hetgeen moet leiden tot een ontslag.
Bij brief van 27 augustus 2024 heeft de griffier, namens de kantonrechter, aan [bewindvoerder] meegedeeld dat, omdat [bewindvoerder] niet heeft voldaan aan de verplichting een goede administratie aan te leveren, de kantonrechter voornemens is te bepalen dat een professionele bewindvoerder wordt benoemd en dat [bewindvoerder] een voorstel hiertoe mag doen. [bewindvoerder] heeft op deze brief niet gereageerd.
De griffier heeft op 25 oktober 2024 gevraagd of A.L. Malschaert h.o.d.n. Bewindvoering Texel, bereid is om te worden benoemd tot bewindvoerder. A.L. Malschaert heeft zich bij mail met bijlage van 29 oktober 2024, bereid verklaard een benoeming tot bewindvoerder te aanvaarden.
De kantonrechter zal ambtshalve overgaan tot het ontslag van [bewindvoerder] als bewindvoerder. De kantonrechter zal A.L. Malschaert benoemen nu van bezwaren tegen deze benoeming niet is gebleken.
De kantonrechter zal de jaarbeloning van de te benoemen bewindvoerder, inclusief onkostenvergoeding en exclusief omzetbelasting voor zover van toepassing, vaststellen overeenkomstig artikel 3 lid 2 sub a van de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren.
De kantonrechter zal de beloning van de te benoemen bewindvoerder voor de aanvangswerkzaamheden vaststellen op een bedrag van € 621,00 (exclusief btw).
Betrokkene is niet in staat geacht om de rekening en verantwoording te begrijpen en te controleren.
De kantonrechter bepaalt dat door [bewindvoerder] eindrekening en verantwoording dient te worden afgelegd over de periode van 1 januari 2023 tot heden aan A.L. Malschaert onder toezending van een kopie daarvan aan de rechtbank.

beslissing

De kantonrechter:
  • ontslaat, met ingang van twee weken na heden, als bewindvoerder:
  • benoemt, met ingang van twee weken na heden, tot bewindvoerder: A.L. Malschaert h.o.d.n. Bewindvoering Texel, Kvkno. 57832668, postbus 50, 1790AB Den Burg;
  • verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
  • stelt de jaarbeloning van de bewindvoerder vast overeenkomstig artikel 3 lid 2 sub a van de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren;
  • stelt de beloning van de bewindvoerder voor de aanvangswerkzaamheden vast op een bedrag van € 621,00 (exclusief btw);
Deze beschikking is gegeven door mr. M.C. van Rijn, kantonrechter, en in het openbaar
uitgesproken op bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam binnen drie maanden na de dag van deze uitspraak (dit dient te geschieden door een advocaat). OBB30