ECLI:NL:RBNHO:2024:12081

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
20 november 2024
Publicatiedatum
25 november 2024
Zaaknummer
10913815 \ CV EXPL 24-805
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot schadevergoeding na annulering van vlucht door vervoerder

In deze zaak heeft de rechtspersoon AirHelp Germany GmbH, gevestigd te Berlijn, een vordering ingesteld tegen de vervoerder Royal Air Maroc, gevestigd te Casablanca, naar aanleiding van de annulering van vlucht AT1683 op 10 juli 2023. De passagier, die met deze vlucht van Amsterdam naar Tanger (Marokko) zou reizen, heeft geen compensatie ontvangen van de vervoerder na de annulering. AirHelp vordert een schadevergoeding van € 400,00, vermeerderd met wettelijke rente, op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, die compensatie voorschrijft bij annulering van vluchten.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de vervoerder niet voldoende bewijs heeft geleverd om haar verweer te onderbouwen dat de passagier niet met de vlucht is meegevlogen. De vervoerder heeft de annulering van de vlucht erkend, maar heeft niet aangetoond dat de passagier niet met een alternatieve vlucht is meegevlogen. De kantonrechter oordeelt dat de vordering van AirHelp tot betaling van de hoofdsom en de wettelijke rente toewijsbaar is, omdat de vervoerder geen beroep heeft gedaan op buitengewone omstandigheden die de annulering zouden rechtvaardigen.

Daarnaast heeft de kantonrechter geoordeeld dat AirHelp de vervoerder niet rauwelijks heeft gedagvaard, omdat zij geen bewijs heeft geleverd van een eerdere aanmaning tot betaling. Hierdoor heeft de kantonrechter besloten om de proceskosten te compenseren, zodat iedere partij haar eigen kosten draagt. Het vonnis is uitgesproken door kantonrechter S.N. Schipper op 20 november 2024.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 10913815 \ CV EXPL 24-805
Uitspraakdatum: 20 november 2024
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de rechtspersoon naar buitenlands recht
AirHelp Germany GmbH
gevestigd te Berlijn (Duitsland)
eiseres
hierna te noemen: Airhelp
gemachtigde: mr. D.E. Lof
tegen
de rechtspersoon naar buitenlands recht
Royal Air Maroc
gevestigd te Casablanca (Marokko)
gedaagde
hierna te noemen: de vervoerder
gemachtigde: mr. T. Teke

1.Het procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding:
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[betrokkene] (hierna: de passagier) heeft met de vervoerder een vervoersovereenkomst gesloten. Op grond daarvan moest de vervoerder haar op 10 juli 2023 vervoeren van Amsterdam naar Tanger (Marokko), met vlucht AT1683 (hierna: de vlucht).
2.2.
De vervoerder heeft de vlucht geannuleerd.
2.3.
Airhelp heeft compensatie van de vervoerder gevorderd.
2.4.
De vervoerder heeft niet uitbetaald.

3.Het geschil

3.1.
Airhelp vordert dat de vervoerder, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis, veroordeeld zal worden tot betaling van:
- € 400,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de datum van de vlucht tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
3.2.
Airhelp baseert haar vordering op de Verordening (EG) nr. 261/2004 (hierna: de Verordening) en de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof). Airhelp stelt dat de vervoerder vanwege de annulering van de vlucht moet compenseren met een bedrag van € 400,- (artikel 7 van de Verordening).
3.3.
De vervoerder betwist de vordering. Op zijn verweer wordt bij de beoordeling van het geschil ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat hij bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
4.2.
De kantonrechter is van oordeel dat de handtekening op de akte van cessie in voldoende mate overeenkomt met de handtekening van de passagier op haar paspoort. Het is dan ook voldoende aannemelijk dat de passagier haar eventuele vorderingsrecht aan Airhelp heeft overgedragen. Het niet-ontvankelijkheidsverweer van de vervoerder faalt.
4.3.
Niet in geschil is dat de vlucht is geannuleerd. Airhelp heeft bij repliek toegelicht dat de passagier is omgeboekt naar de AT851, waarmee zij vijf uur later dan oorspronkelijk gepland in Tanger is aangekomen. De vervoerder heeft de gestelde vertragingsduur betwist. De kantonrechter is van oordeel dat de vervoerder met een dergelijke blote ontkenning niet kan volstaan. Het had op de weg van de vervoerder gelegen om haar verweer dat de passagier niet met de AT851 van 10 juli 2024 is meegevlogen te onderbouwen. Dit heeft hij niet gedaan, zodat de kantonrechter ervan uitgaat dat de passagier – na annulering – met vijf uur vertraging op de overeengekomen eindbestemming is aangekomen. De vervoerder heeft geen beroep op buitengewone omstandigheden gedaan. De vordering tot betaling van de hoofdsom (en de daarover gevorderde wettelijke rente) ligt daarom voor toewijzing gereed.
4.4.
Resteert de vraag of de vervoerder rauwelijks is gedagvaard. Airhelp stelt dat zij de vervoerder via e-mail heeft aangemaand om tot betaling over te gaan (final demand). Airhelp heeft deze aanmaning echter niet in het geding gebracht. De kantonrechter is dan ook van oordeel dat Airhelp door haar werkwijze en proceshouding, waarbij zij op geen enkele wijze heeft getracht om eerst op een minnelijke wijze tot beëindiging van het geschil te komen, de vervoerder niet in de gelegenheid heeft gesteld om de zaak (eventueel) buiten rechte te kunnen afdoen. Gelet op het voorgaande ziet de kantonrechter aanleiding om de proceskosten te compenseren, in die zin dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt de vervoerder tot betaling aan Airhelp van € 400,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 10 juli 2023 tot de dag van de gehele betaling;
5.2.
compenseert de proceskosten in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt;
5.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper, kantonrechter en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter