Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Sarabande Op Stoom B.V.
1.De procedure
2.De beoordeling
Het, op basis van het in de Prijs vermelde (gemiddelde) tarief, met de Contractant overeengekomen bedrag voor Opvang (en indien toepasselijk voor de levering van Extra Diensten) is uitsluitend geldig indien de verschuldigde betaling tijdig voor de Vervaldatum is voldaan. In geval van niet tijdige betaling middels automatische incasso (de incasso is gestorneerd) moet Op Stoom extra kosten maken en wordt derhalve de Prijs voor de Opvang (en indien toepasselijk voor de levering van Extra Diensten) verhoogd met 1% per maand, met een minimumbedrag per factuur. De hoogte van het dan geldende minimumbedrag staat vermeld op de website van Op Stoom. Indien het verschuldigde bedrag 21 dagen na de Vervaldatum nog niet is betaald wordt de oorspronkelijke prijs voor de Opvang (en indien toepasselijk voor de levering van Extra Diensten) met 2% per maand verhoogd, met een minimumbedrag per factuur zoals vermeld op de website van Op Stoom. Indien het verschuldigde bedrag een maand dan wel 30 dagen (de kortste termijn geldt) na de Vervaldatum nog niet is betaald geldt de met 2% verhoogde prijs voor de Opvang (en indien toepasselijk voor de levering van Extra Diensten) en zal de verplichting voor Op Stoom om het Kind volgens de Plaatsingsovereenkomst op te vangen respectievelijk Extra Diensten te verlenen met onmiddellijke ingang worden opgeschort totdat het achterstallige bedrag in zijn geheel is voldaan. In dat geval is de Contractant eveneens 15% van het factuurbedrag, met een minimumbedrag wegens buitengerechtelijke incassokosten zoals vermeld op de website van Op Stoom, verschuldigd. Daarnaast is Op Stoom in geval van niet tijdige betaling gerechtigd de wettelijke rente vanaf de Vervaldatum aan de Contractant in rekening te brengen. Tevens is de Contractant, indien Op Stoom verdere buitengerechtelijke maatregelen ter incasso moet nemen, de daarvoor te maken werkelijke buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd. (…)’
3.De beslissing
20 november 2024voor het nemen van een akte zoals bedoeld onder rechtsoverweging 2.15;