ECLI:NL:RBNHO:2024:11395
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een wrakingsverzoek tegen een rechter in bestuursrechtelijke zaken
Op 5 november 2024 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Noord-Holland het verzoek tot wraking van de rechter, mr. M.H. Affourtit-Kramer, afgewezen. Verzoekers, die op 10 oktober 2024 de wraking hadden aangevraagd, voerden aan dat de rechter hen en hun advocaat tijdens de zitting herhaaldelijk had onderbroken, terwijl de wederpartij en een derde-belanghebbende meer ruimte kregen om hun standpunten naar voren te brengen. Dit zou volgens hen duiden op een gebrek aan onpartijdigheid van de rechter. De wrakingskamer heeft echter vastgesteld dat de rechter de zitting leidde en vrij was om te bepalen welke vragen relevant waren voor haar oordeel. De wrakingskamer concludeerde dat er geen zwaarwegende aanwijzingen waren voor vooringenomenheid van de rechter, noch dat er objectieve redenen waren om te vrezen voor partijdigheid. De wrakingskamer benadrukte dat de subjectieve indruk van verzoekers niet voldoende was om tot wraking over te gaan. De beslissing om het verzoek tot wraking af te wijzen, werd unaniem genomen door de leden van de wrakingskamer, en de procedure in de hoofdzaken zal worden voortgezet zoals deze was voor het indienen van het wrakingsverzoek.