Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Smallsteps B.V.
1.Het procesverloop
2.De beoordeling
3.De beslissing
6 november 2024voor het nemen van een akte zoals bedoeld onder rechtsoverweging 2.13.;
Rechtbank Noord-Holland
In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, wordt de eisende partij Smallsteps B.V. geconfronteerd met een vordering tot betaling van € 500,00 door de gedaagde partij, die niet is verschenen. De kantonrechter heeft ambtshalve de informatieplichten en de algemene voorwaarden in de kinderopvangovereenkomsten getoetst. De eisende partij heeft gesteld dat zij voldaan heeft aan de precontractuele informatieplichten zoals vastgelegd in artikel 6:230m lid 1 BW, maar de kantonrechter oordeelt dat dit niet voldoende is aangetoond. De eisende partij heeft niet duidelijk gemaakt dat de gedaagde partij op de hoogte was van het wettelijk herroepingsrecht, wat een schending van de informatieplicht inhoudt. Dit heeft geleid tot de conclusie dat de herroepingstermijn is verlengd tot maximaal twaalf maanden, maar de gedaagde partij heeft geen herroepingsverzoek ingediend.
De kantonrechter heeft ook de contractuele informatieplicht beoordeeld en vastgesteld dat de eisende partij aan deze verplichting heeft voldaan. De algemene voorwaarden zijn als duurzame gegevensdrager aangemerkt, en de informatie over het herroepingsrecht is via een hyperlink verstrekt. De schending van de precontractuele informatieplicht heeft echter geleid tot een gedeeltelijke vernietiging van de overeenkomsten, waarbij de kantonrechter een sanctie van 10% van de verschuldigde hoofdsom heeft opgelegd. De kantonrechter heeft de niet-oneerlijke bedingen in de algemene voorwaarden en aanvullende voorwaarden bevestigd, maar heeft de eisende partij de gelegenheid gegeven om de aanvullende voorwaarden 2019 alsnog over te leggen.
De zaak is aangehouden voor het nemen van een akte door de eisende partij, waarbij zij zich moet uitlaten over de eventuele (on)eerlijkheid van de bedingen in de aanvullende voorwaarden. De beslissing van de kantonrechter is openbaar uitgesproken op 9 oktober 2024.