ECLI:NL:RBNHO:2024:10835

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
22 oktober 2024
Publicatiedatum
22 oktober 2024
Zaaknummer
10824682 \ CV EXPL 23-5211
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenvonnis inzake benoeming deskundige in civiele procedure met bezwaren tegen deskundige

In deze civiele procedure, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland, is op 6 november 2024 een tussenvonnis uitgesproken. De zaak betreft een geschil tussen twee eisers, vertegenwoordigd door mr. N. Bakker, en een gedaagde, vertegenwoordigd door mr. D. Molenkamp. De eisers hebben geen bezwaar gemaakt tegen de benoeming van de voorgestelde deskundige, terwijl de gedaagde wel bezwaar heeft gemaakt en een aanvulling op de vraagstelling heeft voorgesteld. De kantonrechter heeft de bezwaren van de gedaagde afgewezen, omdat de voorgestelde deskundige is ingeschreven in het Landelijk Register Gerechtelijk Deskundigen en voldoende expertise heeft om de situatie te beoordelen. De kantonrechter heeft de gedaagde's verzoek om een andere deskundige te benoemen afgewezen, omdat deze niet als onpartijdig kan worden beschouwd.

De kantonrechter heeft de vragen die aan de deskundige voorgelegd zullen worden, vastgesteld en bepaald dat de eisers een voorschot van € 2.000,00 inclusief btw moeten deponeren. Dit voorschot moet binnen twee weken na ontvangst van de nota met betaalinstructies worden betaald. De deskundige zal pas met haar werkzaamheden beginnen nadat het voorschot is ontvangen. De kantonrechter heeft verder bepaald dat de deskundige zelfstandig het onderzoek zal verrichten en dat partijen de deskundige toegang moeten verlenen tot noodzakelijke plaatsen voor het onderzoek. De deskundige moet haar rapport uiterlijk op 15 januari 2025 indienen, waarna de zaak opnieuw op de rol zal worden gebracht voor verdere behandeling.

Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, en de kantonrechter heeft iedere verdere beslissing aangehouden.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 10824682 \ CV EXPL 23-5211 CK
Uitspraakdatum: 6 november 2024
Tussenvonnis van de kantonrechter in de zaak van:
[eiser 1] en [eiser 2]
wonende te [plaats 1]
eisers
verder te noemen: [eisers]
gemachtigde: mr. N. Bakker
tegen
[gedaagde]
Wonende en zaakdoende te [plaats 2]
gedaagde
verder te noemen: [gedaagde]
gemachtigde: mr. D. Molenkamp

1.Het verdere procesverloop

1.1.
De kantonrechter verwijst naar het op 14 augustus 2024 uitgesproken tussenvonnis.
Voor het verdere procesverloop verwijst de kantonrechter naar de aktes van uitlating voor de rolzittingen van 11 september 2024 en van 9 oktober 2024.

2.De verdere beoordeling

2.1.
Partijen zijn in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de door de kantonrechter voorgestelde deskundige en de aan de deskundige te stellen vragen. [eiser 1] heeft geen bezwaar tegen de voorgestelde benoeming en geen opmerkingen over de te stellen vragen. [gedaagde] heeft wel bezwaar gemaakt tegen de voorgestelde deskundige en heeft een aanvulling van de vraagstelling voorgesteld. [eisers] is het daar blijkens haar reactie van 9 oktober 2024 niet mee eens. [gedaagde] heeft niet meer inhoudelijk gereageerd.
2.2.
[gedaagde] legt aan zijn bezwaar tegen de persoon van de deskundige te grondslag dat zij de voorgestelde deskundige mogelijk niet over de benodigde specialistische kennis beschikt om de betreffende Architop vloer te beoordelen. Dat betoog volgt de kantonrechter niet. De deskundige is ingeschreven in het Landelijk Register Gerechtelijk Deskundigen. Zij heeft ook verklaard over voldoende expertise en kennis te beschikken om deze vloer te beoordelen. Voor benoeming van een andere deskundige is dus geen grond of aanleiding. Het voorstel van [gedaagde] om [naam 1] als deskundige te benoemen, kan niet worden gevolgd, reeds omdat [naam 1] eerder aan [gedaagde] advies heeft uitgebracht en niet als onpartijdig kan worden beschouwd.
2.3.
[gedaagde] heeft voorgesteld om aan de deskundige, naast de door de kantonrechter geformuleerde vragen, de vragen voor te leggen 1.) aan wie de oorzaak c.q. het ontstaan van het gebrek of de gebreken aan te wijten zijn en 2.) welke andere feiten en omstandigheden kunnen relevant worden geacht voor het gebrek of de gebreken die zijn ontstaan. [eisers] heeft bezwaar gemaakt tegen het opnemen van deze vragen. [gedaagde] heeft geen nadere toelichting meer gegeven.
2.4.
De kantonrechter zal de vragen van [gedaagde] niet in de vraagstelling aan de deskundige opnemen. Daarbij is van belang dat de deskundige niet moet worden gevraagd naar een juridisch oordeel. Het deskundigenbericht dient om de rechter voor te lichten. De deskundige moet informatie aanleveren zodat de kantonrechter aan de hand daarvan kan komen tot een juridisch oordeel in het geschil tussen deze partijen. De door [gedaagde] gestelde vragen acht de kantonrechter hiertoe niet geschikt. De eerste vraag van [gedaagde] vraagt naar een (juridisch) oordeel en is om die reden niet aan de orde. De tweede vraag naar relevante feiten en omstandigheden is reeds ondervangen door de in de beslissing genoemde vragen.
2.5.
De kantonrechter zal mevrouw [naam 2] als deskundige benoemen teneinde een onderzoek in te stellen en schriftelijk bericht uit te brengen. Zij heeft zich bereid verklaard als zodanig op te treden en desgevraagd te kennen gegeven geen binding met partijen te hebben en niet betrokken te zijn bij de tussen partijen in geschil zijnde problemen.
2.6.
De kantonrechter zal de in het vonnis van 6 november 2024 vermelde vragen aan de deskundige ter beantwoording voorleggen.
2.7.
De kantonrechter ziet geen aanleiding om terug te komen op de bewijslastverdeling en het oordeel dat [eisers] het voorschot van de deskundige voor haar rekening zal nemen totdat hierover in het eindvonnis zal zijn beslist. Het voorschot wordt vastgesteld op een bedrag van € 2.000,00 inclusief btw. [eisers] moet op grond van artikel 195 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) dit voorschot ter griffie deponeren. [eisers] krijgt daarvoor een factuur van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak (LDCR);
2.8.
De kantonrechter zal, als het voorschot door [eisers] niet tijdig wordt betaald, uitspraak doen op basis van de standpunten van partijen, zonder deskundigenbericht.
2.9.
De kantonrechter houdt iedere verdere beslissing aan.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
beveelt een onderzoek door een deskundige ter beantwoording van de volgende vragen:
- Is de vloer op een juiste wijze gelegd en afgewerkt?
- Wat is de staat van de afwerking van de vloer?
- Is er sprake van een gebrek of gebreken aan de vloer?
- Zo ja, wat is de oorzaak van het gebrek of de gebreken?
- Op welke wijze kan dit worden hersteld?
- Welke kosten zijn gemoeid met het herstel?
- Moet de bewoner de woning te verlaten in verband met het herstel?
3.2.
benoemt tot deskundige: mevrouw
[naam 2][adres] [plaats 3] ;
3.3.
bepaalt dat [eisers] als voorschot op de kosten van de deskundige een bedrag van € 2.000,00 inclusief btw dient te deponeren;
3.4.
bepaalt dat [eisers] het voorschot dient over te maken binnen twee weken na de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak;
3.5.
bepaalt dat de deskundige de werkzaamheden pas hoeft te beginnen, nadat de griffier van deze rechtbank de deskundige heeft bevestigd dat het voorschot door het LDCR is ontvangen;
3.6.
bepaalt dat de griffier zal zorgdragen voor verzending van een kopie van het procesdossier aan de deskundige na ontvangst van het voorschot;
3.7.
verzoekt de deskundige om, indien zij constateert dat de uiteindelijke declaratie hoger zal zijn dan de begroting, de griffier daarover onmiddellijk in te lichten, om aanvulling van het ter griffie gedeponeerde voorschot te verzoeken en het onderzoek op te schorten tot ontvangst van het bericht van de griffier dat de aanvulling is ontvangen;
3.8.
bepaalt dat de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie);
3.9.
bepaalt dat de deskundige het onderzoek zelfstandig zal verrichten, ter plaatse en ten tijde als haar goeddunkt;
3.10.
bepaalt dat partijen nadere inlichtingen en gegevens aan de deskundige moeten verstrekken als deze daarom vraagt, de deskundige toegang zullen te verschaffen tot voor het onderzoek noodzakelijke plaatsen en de deskundige ook voor het overige gelegenheid bieden het onderzoek te verrichten;
3.11.
bepaalt dat de deskundige partijen in de gelegenheid moet stellen opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige dat zal vermelden in het deskundigenbericht;
3.12.
bepaalt dat partijen binnen vier weken nadat het concept-rapport van de deskundige aan partijen is gezonden zij daarop kunnen reageren. Partijen krijgen bij de deskundige geen gelegenheid om op elkaars opmerkingen en verzoeken naar aanleiding van het concept-rapport te reageren;
3.13.
bepaalt dat de deskundige een schriftelijk, met redenen omkleed en ondertekend rapport in drievoud uiterlijk op
15 januari 2025op de griffie van de sectie kanton van de rechtbank zal inleveren;
3.14.
bepaalt dat de deskundige bij de inlevering van het deskundigenbericht een gespecificeerde opgave doet van de gemaakte kosten;
3.15.
draagt de griffier op een afschrift van het rapport aan partijen toe te zenden;
3.16.
bepaalt dat twee weken nadat het deskundigenbericht bij de griffie van de sectie kanton van deze rechtbank is ingeleverd en nadat de griffier de exemplaren daarvan heeft toegezonden aan partijen, de zaak op de rol wordt gebracht voor uitlaten partijen over de conclusie na deskundigenbericht c.q. vonnis vragen. Indien partijen opteren voor conclusie na deskundigenbericht, zullen partijen gelijktijdig concluderen;
3.17.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.S. Reid en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter