Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[eiser 1].
[eiser 2],beiden wonende te [plaats 1],
[eiser 3],
[eiser 4],
[eiser 5],allen wonende te [plaats 2],
[eiser 6],
[eiser 7].beiden wonende te [plaats 3],
[eiser 8],
[eiser 9],beiden wonende te [plaats 4],
[eiser 10],
[eiser 11],beiden wonende te [plaats 5],
[eiser 12],wonende te [plaats 6],
[eiser 13], wonende te [plaats 7],
[eiser 14], wonende te [plaats 8],
[eiser 15],
[eiser 16],
[eiser 17],pro se en in hoedanigheid van wettelijk vertegenwoordiger voor zijn minderjarige kind
[minderjarige],
allen wonende te [plaats 9],
[eiser 18],
[eiser 19],beiden wonende te [plaats 10],
Het procesverloop
- de akte eisers.
2.De feiten
3.Het geschil
- € 8.000,-, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 3 juni 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 937,75 dan wel € 847,- aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met wettelijke rente;
- de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
4.De beoordeling
5.De beslissing
griffierecht € 240,00;
salaris gemachtigde € 678,00;
vermeerderd met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis;