Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlasteleggingen
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
5.Strafbaarheid van de verdachte
6.Strafmotivering
7.Vorderingen van de benadeelde partijen
8.Beslag
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
een gevangenisstraf van 365 dagen, met bevel dat hiervan een deel van
155 dagen niet ten uitvoerzal worden gelegd en stelt daarbij een proeftijd vast van twee jaren.
[naam 4] (feit 1 in zaak A)geleden schade tot een bedrag van
€ 25.000,-, bestaande uit materiële schadevergoeding, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 26 november 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, aan de benadeelde partij, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
[naam 3] (feit 3 in zaak A)geleden schade voor een bedrag van
€ 563,60, bestaande uit materiële schadevergoeding, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 3 februari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, aan de benadeelde partij, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
de kosten door de benadeelde partijen [naam 4] en [naam 3]gemaakt (tot op heden voor alle benadeelde partijen begroot op nihil) en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging alsnog te maken.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van [naam 4] (feit 1 in zaak A) de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 25.000,-, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 26 november 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
160 dagen gijzeling.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van [naam 3] (feit 3 in zaak A) de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 563,60, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 3 februari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
11 dagen gijzeling.
hoofdelijkheid, dat als het schadebedrag ten aanzien van [naam 4] of een deel daarvan al door of namens de mededader aan de benadeelde partij en/of de Staat, in het kader van de schadevergoedingsmaatregel, is betaald, de verdachte in zoverre van die betalingsverplichtingen zal zijn bevrijd.
benadeelde partijen [naam 1] (feit 2 in zaak A)en
[slachtoffer 2] (zaak B)niet-ontvankelijk in de vorderingen.
beslaggenomen bosje sleutels (met goednummer 1594549).
voorlopige hechtenisvan de verdachte met ingang van het moment waarop de duur van de voorlopige hechtenis van de verdachte gelijk wordt aan de duur van het onvoorwaardelijk deel van de opgelegde gevangenisstraf.