Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
1.De procedure
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De beoordeling
5.De beslissing
mr. A. de Groot, advocaat, kantoorhoudende in (1815 JC) Alkmaar, aan de Wilhelminalaan 10,
Rechtbank Noord-Holland
Op 18 oktober 2024 heeft de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de benoeming van een vereffenaar voor de nalatenschap van de heer [erflater], die op 27 januari 2024 is overleden in Hollands Kroon. De verzoekster, handelend als wettelijk vertegenwoordiger van de minderjarige erfgenaam [minderjarige], heeft op 3 september 2024 een verzoekschrift ingediend om een vereffenaar te benoemen, omdat zij niet in staat is om de nalatenschap zelf af te wikkelen. De rechtbank heeft besloten om zonder mondelinge behandeling uitspraak te doen.
De feiten van de zaak zijn als volgt: de heer [erflater] had geen testament en is overleden met achterlating van één minderjarig kind, [minderjarige]. Aangezien er geen echtgenote of geregistreerd partner was, is [minderjarige] de enige erfgenaam. De nalatenschap is beneficiair aanvaard, wat betekent dat de erfgenaam wettelijke vertegenwoordiging nodig heeft. De rechtbank heeft op 2 augustus 2024 machtiging verleend voor het starten van deze procedure.
De rechtbank heeft vastgesteld dat zij bevoegd is om van het verzoek kennis te nemen en heeft geoordeeld dat het verzoek om benoeming van een vereffenaar moet worden toegewezen. De rechtbank heeft mr. A. de Groot, advocaat bij Tanger Boddaert Advocaten te Alkmaar, benoemd als vereffenaar. De benoeming dient bekendgemaakt te worden in de Staatscourant en het loon van de vereffenaar zal later door de kantonrechter worden vastgesteld. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders verzochte is afgewezen.