ECLI:NL:RBNHO:2024:10412

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
16 oktober 2024
Publicatiedatum
10 oktober 2024
Zaaknummer
10336401 CV EXPL 23-940
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake geschil over de staat van een klepelmaaier en betalingsverplichtingen

In deze bodemzaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, is op 16 oktober 2024 vonnis gewezen in een geschil tussen GTJ Trading B.V. en Kiheho B.V. over de levering van een klepelmaaier. De procedure volgde na een deskundigenbericht dat op 22 juli 2024 was ingediend. De deskundige had de opdracht gekregen om de staat van de klepelmaaier te beoordelen en te bepalen of deze voldeed aan de overeenkomst. De deskundige concludeerde dat de klepelmaaier bij aflevering op 2 juni 2022 in een staat 'zo goed als nieuw' verkeerde, ondanks de gebruikssporen. GTJ Trading B.V. eiste betaling van de helft van de koopsom, vermeerderd met contractuele rente, en stelde dat Kiheho B.V. haar verplichtingen niet kon opschorten vanwege een niet geleverde set klepels. Kiheho B.V. betwistte de conclusies van de deskundige, maar de kantonrechter oordeelde dat de deskundige zijn bevindingen adequaat had onderbouwd. De kantonrechter wees de vordering van GTJ Trading B.V. toe, inclusief de buitengerechtelijke kosten, en veroordeelde Kiheho B.V. in de proceskosten. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
Zittingsplaats Haarlem
zaak/rolnr.: 10336401 CV-EXPL 23-940
datum uitspraak: 16 oktober 2024
VONNIS VAN DE KANTONRECHTER
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GTJ TRADING B.V.
gevestigd te Groningen,
eiser,
gemachtigde mr. R.G. Varkevisser,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KIHEHO B.V.
gevestigd te Santpoort-Noord,
gedaagde,
gemachtigde P.J.W. Heeremans.
Partijen zullen hierna GTJ en Kiheho genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 20 september 2023,
  • het deskundigenbericht van 22 juli 2024, ontvangen ter griffie van de rechtbank op 23 juli 2024,
  • De reactie op het deskundigenbericht van Kiheho van 24 juli 2024
  • de conclusie na deskundigenbericht van de zijde van GTJ.
1.2.
Daarop is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

2.1.
Dit vonnis kan niet gewezen worden door de kantonrechter die de mondelinge behandeling heeft geleid omdat zij is vertrokken naar een andere rechtbank. De kantonrechter die het vonnis wijst was bij de mondelinge behandeling aanwezig.
2.2.
In het tussenvonnis van 20 september 2023 heeft de kantonrechter ing. R.H. Legen tot deskundigen benoemd en hem de volgende vragen voorgelegd:
Kunt u aan de hand van de gebruikssporen op de diverse onderdelen van de klepelmaaier en de klepelmaaier in zijn geheel een inschatting maken van het aantal draaiuren van de klepelmaaier?
Hoe groot acht u de kans dat de klepelmaaier - gelet op het aantal maaiuren vanaf 2 juni 2022 overeenkomstig de werkstaat van Kiheho - ten tijde van de aflevering op 2 juni 2022 in de staat "zo goed als nieuw" verkeerde?
Zijn er nog andere punten die u naar voren wilt brengen waarvan de kantonrechter volgens u kennis dient te nemen bij de verdere beoordeling?
2.3.
De deskundige heeft de vragen in zijn deskundigenbericht als volgt beantwoord:
Antwoord vraag 1:
Als eerste wil ik aangegeven dat het hier een inschatting betreft op basis van mijn eigen inspectie van de machine, de meting van een tweetal klepels in vergelijk met een nieuwe klepel, de staat van de ‘haaienvinnen’ ten opzichte van nieuwe haaienvinnen, de staat van de spatbeveiliging en rollen en de staat en gebruik van de machine op de foto’s in de productie en de filmpjes in de producties.
Daarbij aangetekend dat slijtage en beschadigingen sterk afhankelijk zijn van het gebruik en de omstandigheden van inzet. Zie ook de foto’s in de producties met takken tegen de klepelbakken, de filmpjes waar door de struiken wordt gemaaid en over een onverhard pad wordt gemaaid. Dit maakt dat een klepelmaaier snel tekent door beschadigingen en snel slijtagesporen laat zien aan klepels, de ‘haaienvinnen’, rollen en spatbeveiliging.
Zien wij de dit alles in samenhang dan schatten wij in dat de klepelmaaier rond de 100 uur heeft gedraaid.
Antwoord vraag 2:
Gezien het hetgeen wij hebben geconstateerd aan slijtagesporen en beschadigingen aan de klepelmaaier en dit vergelijken met de foto’s en filmpjes van 2 juni 2022 en 16juni 2022 uit de producties dan zijn wij van mening dat de machine bij aflevering in een staat zo goed als nieuw verkeerde. Wij constateerden geen afwijkingen en/of beschadigingen die anderszins zouden doen vermoeden. De machine draait trillingvrij en zonder bijgeluiden, op de foto’s en filmpjes in de productie is de klepelmaaier in zo goed als nieuw staat (foto’s en filmpjes van 02juni 2002 en 16juni 2022 in de producties).
Antwoord vraag 3:
Nee, ik heb geen verdere punten die ik naar voren wil brengen.
2.4.
Uit de conclusie na deskundigenbericht van GTJ volgt dat zij het eens is met het deskundigenbericht. Uit de reactie op het deskundigenbericht van Kiheho – feitelijk een herhaling van haar reactie op het concept-deskundigenbericht – blijkt dat zij het niet met de bevindingen van de deskundige eens is. De deskundige heeft de bezwaren van Kiheho integraal in zijn definitieve deskundigenbericht besproken en in die bezwaren geen aanleiding gezien om anders te oordelen. De kantonrechter vindt de reactie van de deskundige op de bezwaren van Kiheho adequaat en overtuigend. Ook het (enige) bezwaar van Kiheho dat door de deskundige niet is besproken en dat er op neer komt dat de deskundige geen praktijkervaring heeft en daarom geen juist oordeel zou kunnen vellen, volgt de kantonrechter niet. De deskundige heeft zijn oordeel deugdelijk onderbouwd en er is geen aanleiding om aan de juistheid van het oordeel te twijfelen.
2.5.
Dit betekent dat de kantonrechter de conclusies van de deskundige overneemt. Daarmee is vast komen te staan dat de machine bij aflevering in een staat zo goed als nieuw verkeerde en dat GTJ daarmee haar verplichtingen uit de overeenkomst met Kiheho is nagekomen. Dit betekent dat zij nog recht heeft op betaling van de helft van de overeengekomen koopsom te vermeerderen met de contractuele rente van 12% per jaar vanaf 10 juni 2022. Voor zover de extra set klepels uit de overeenkomst nog niet aan Kiheho is geleverd heeft zij daar nog recht op, maar dit betekent niet dat zij haar verplichting tot betaling kan opschorten, omdat het recht van de opdrachtgever om op te schorten in de toepasselijke algemene voorwaarden is uitgesloten.
2.6.
De buitengerechtelijke kosten zijn niet weersproken en zullen worden toegewezen als gevorderd.
2.7.
Kiheho krijgt ongelijk en zal daarom worden veroordeeld in de proceskosten, daaronder begrepen het door GTJ betaalde voorschot op de deskundigenkosten. De definitieve deskundigenkosten worden vastgesteld op het door de deskundige begrote voorschot.

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
veroordeelt Kiheho tot betaling aan GTJ van een bedrag van € 21.175,- (zegge: eenentwintigduizend honderd vijfenzeventig euro), te vermeerderen met de contractuele rente van 12% per jaar over dit bedrag vanaf 10 juni 2022 tot aan de dag van algehele voldoening, waarbij een gedeelte van een maand wordt gezien als een volle maand;
3.2.
veroordeelt Kiheho tot betaling aan GTJ van een bedrag van € 986,75 (zegge: negenhonderd zesentachtig euro en vijfenzeventig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag te rekenen vanaf 14 dagen na de betekening van dit vonnis,
3.3.
veroordeelt Kiheho in de proceskosten, die aan de kant van GTJ worden begroot op:
€ 106,82 wegens dagvaardingskosten,
€ 2.991,12 wegens deskundigenkosten
€ 1.384,00 wegens griffierecht en
€ 1.587,00 wegens salaris gemachtigde (529,00 x 3 punten);
3.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.S.J. Thijs en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter