ECLI:NL:RBNHO:2024:10382
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- G.F.H. Lycklama à Nijeholt
- E.B. van den De Vries-Van den Heuvel
- J. van Beek
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een wrakingsverzoek tegen een rechter in een belastingzaak
Op 29 maart 2024 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Noord-Holland het verzoek tot wraking van de rechter in een belastingzaak afgewezen. Verzoeker, wonende te Amsterdam, had op 6 maart 2024 ter zitting de wraking verzocht van mr. B. van Walderveen, de rechter in de hoofdzaak. Verzoeker stelde dat de rechter onvoldoende onpartijdig en onafhankelijk was, omdat hij tijdens de zitting een voorlopig oordeel had gegeven over het toepasselijke procesrecht. De rechter had echter aangegeven dat hij in zijn uitspraak een definitief oordeel zou geven en dat er geen sprake was van vooringenomenheid.
De wrakingskamer overwoog dat een voorlopig oordeel van de rechter tijdens de zitting in beginsel geen grond voor wraking kan vormen, aangezien wraking geen verkapt rechtsmiddel is. De wrakingskamer concludeerde dat de feiten en omstandigheden die verzoeker naar voren had gebracht, geen grond opleverden voor de vrees dat de rechter niet onpartijdig zou zijn. De wrakingskamer benadrukte dat de rechter voldoende geëquipeerd was om zaken waarin Unierecht speelt te behandelen en dat de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht voldoende gewaarborgd is volgens de wet.
De rechtbank heeft het verzoek tot wraking afgewezen en bevolen dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het verzoek. Deze beslissing is openbaar uitgesproken door de wrakingskamer, bestaande uit drie rechters, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.