Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- verzoeker, bijgestaan door mr. J.H. Prins;
- de moeder;
- [vertegenwoordiger van de raad] namens de Raad.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 26 september 2023 een verzoek tot adoptie door de stiefvader van een minderjarige toegewezen. De rechtbank oordeelde dat het kind, dat nooit contact heeft gehad met de biologische vader, niets meer van hem te verwachten heeft. De biologische vader had in 2016 een procedure gestart om gezag en omgang te verkrijgen, maar deze verzoeken werden afgewezen. Sindsdien heeft hij geen enkele poging ondernomen om contact met het kind te leggen. De rechtbank concludeerde dat de adoptie in het belang van het kind is, omdat zij zich geen 'echte' vader voelt en de wens heeft uitgesproken dat de stiefvader haar vader wordt. De moeder stemde in met het verzoek tot adoptie, terwijl de Raad voor de Kinderbescherming adviseerde om het verzoek af te wijzen, omdat het kind een deel van haar identiteit zou verliezen. De rechtbank oordeelde echter dat de adoptie de stabiliteit en veiligheid van het kind zou bevorderen en dat de stiefvader al vanaf de geboorte voor het kind zorgt. De rechtbank heeft ook de wijziging van de geslachtsnaam van het kind gelast, zodat zij dezelfde naam als haar stiefvader en moeder zal dragen. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep.