Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 30 januari 2023 in de zaak tussen
[eiseres] , uit [plaats] , eiseres
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zaanstad, verweerder
[derde-partij 1]alsmede
[derde-partij 2]en
[derde-partij 3], allen uit [plaats]
Samenvatting
Procesverloop
9 december 2021 [1] heeft de voorzieningenrechter het door eiseres ingediende verzoek om een voorlopige voorziening toegewezen. Het bestreden besluit 1 en het primaire besluit 1 zijn daarbij geschorst tot de uitspraak op het beroep tegen het bestreden besluit 1.
Totstandkoming van de besluiten
Beoordeling door de rechtbank
29 november 2021 ingeschreven op het adres van eiseres, maar verweerder kon hiermee ten tijde van de bestreden besluiten geen rekening houden en de rechtbank moet de bestreden besluiten toetsen op basis van de feiten en omstandigheden ten tijde van die besluiten. Overigens heeft verweerder ter zitting gesteld dat inwoning van de dochter niet afdoet aan zijn bezwaren tegen vergunningverlening.
Conclusie en gevolgen
9 december 2021 hebben zij hun beroep ter zitting ingetrokken. Voor dit van rechtswege ontstane beroep is ten onrechte griffierecht geheven. De griffier zal het griffierecht terugbetalen aan derde-partijen.
Beslissing
- verklaart het beroep van eiseres gericht tegen het bestreden besluit 1 (handhaving) gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit 1;
- herroept het primaire besluit 1 en wijst het verzoek van derde-partijen om handhavend op te treden af;
- bepaalt dat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van het vernietigde bestreden besluit 1;
- verklaart het beroep van eiseres gericht tegen het bestreden besluit 2 (omgevingsvergunning) gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit 2;
- bepaalt dat verweerder met inachtneming van deze uitspraak binnen twaalf weken een nieuw besluit op het bezwaar van eiseres tegen het primaire besluit 2 neemt;
- verklaart het beroep van eiseres gericht tegen het bestreden besluit 3 (begunstigingstermijn) gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit 3;
- bepaalt dat de griffier het door derde-partijen betaalde griffierecht van € 181,00 voor hun beroep gericht tegen het bestreden besluit 3 aan hen terugbetaalt;
- bepaalt dat verweerder het voor de beroepen tegen de bestreden besluiten 1 en 2 betaalde griffierecht van in totaal € 362,00 aan eiseres moet vergoeden; en
- bepaalt dat verweerder de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 4.960,50 moet vergoeden.
drs. A.F. Hermus-Zoetmulder, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
30 januari 2023.
Informatie over hoger beroep
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
Bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht
Bestemmingsplan “Oud Koog - Rooswijk”
Nota woonbebouwing Zaanstad 2020
Bijbehorende bouwwerken die op minder dan 4 meter afstand komen te staan van het hoofdgebouw en drie meter achter de voorgevelrooilijn zijn gepositioneerd.Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
(…)
- Voor de maximaal te bebouwen oppervlakte wordt aangesloten bij de regels voor vergunningvrij bouwen.
(…)