Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Inloopteam bestuursrecht
zaaknummer: HAA 22/3635
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[verzoeker] , uit [plaats] , verzoeker
(gemachtigde: S.M.A. Sium-Moerman),
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen, het UWV
(gemachtigde: W.M.G. van Nieuwburg).
Procesverloop
Het UWV heeft bepaald dat verzoeker 76,13% arbeidsongeschikt is en dat zijn WGA-vervolguitkering ongewijzigd wordt voorgezet.
Met de beslissing op bezwaar van 8 juni 2022 (het bestreden besluit) is het UWV bij dit besluit gebleven.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
In de gewijzigde beslissing op bezwaar van 8 september 2022 heeft het UWV het arbeidsongeschiktheidspercentage gewijzigd naar 77,59%. De hoogte van de uitkering wijzigt hierdoor niet omdat verzoeker binnen dezelfde klasse blijft voor de vervolguitkering, namelijk klasse 65-80%.
Met het besluit van 20 juni 2023 heeft het UWV het bestreden besluit opnieuw gewijzigd. Het UWV heeft bepaald dat verzoeker vanaf 1 augustus 2021 recht heeft op een loonaanvullingsuitkering naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 83,37%.
Naar aanleiding hiervan heeft verzoeker het beroep ingetrokken met daarbij het verzoek het UWV te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten.
De rechtbank heeft het UWV in de gelegenheid gesteld te reageren op dat verzoek.
Het UWV heeft de rechtbank medegedeeld akkoord te gaan met de veroordeling in de (forfaitaire) proceskosten die gemaakt zijn in de beroepsprocedure. Ook zullen zij het griffierecht vergoeden.
Overwegingen
1. De rechtbank doet op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zonder zitting uitspraak op het verzoek om proceskostenveroordeling.
2. De veroordeling van een partij in de proceskosten is geregeld in de artikelen 8:75 en 8:75a van de Awb en nader uitgewerkt in het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb). Als een beroep wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoet gekomen, kan de rechtbank op verzoek van de indiener dat bestuursorgaan bij afzonderlijke uitspraak veroordelen in de proceskosten.
3. Gelet op de gedingstukken en het hiervoor weergegeven procesverloop stelt de rechtbank vast dat het UWV tegemoet is gekomen aan het beroep van verzoeker en dat verzoeker om die reden het beroep heeft ingetrokken.
4. Met de beslissing op bezwaar van 8 september 2022 heeft het UWV al een proceskostenvergoeding voor de bezwaarfase toegekend. De beoordeling hierna over de gevraagde proceskostenveroordeling beperkt zich daarom tot de beroepsfase.
5. Het verzoek wordt als kennelijk gegrond toegewezen. De rechtbank veroordeelt het UWV in de door verzoeker gemaakte proceskosten. De rechtbank stelt de kosten voor rechtsbijstand door een gemachtigde met toepassing van het Bpb vast op € 1.255,50 (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 0,5 punt voor het indienen van schriftelijke inlichtingen naar aanleiding van de gewijzigde beslissing van 8 september 2022 met een waarde per punt van € 837,- en een wegingsfactor 1).
6. De rechtbank wijst erop dat het UWV op grond van artikel 8:41, zevende lid, van de Awb verplicht is het door verzoeker betaalde griffierecht van € 50,- te vergoeden. Verzoeker zal zich hiervoor dan ook tot het UWV moeten wenden.
Beslissing
De rechtbank veroordeelt het UWV in de proceskosten van verzoeker tot een bedrag van € 1.255,50,-.
Deze uitspraak is gedaan op 28 augustus 2023 door mr. S.E.C. Debets, rechter, in aanwezigheid van mr. J.G.M. Koning, griffier.
griffier
rechter
De uitspraak is verzonden op
en zal binnen een week na deze datum openbaar gemaakt worden door publicatie op rechtspraak.nl.
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.