Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
Model huurcontract inzake tijdelijke verhuur op grond van artikel 15 van de Leegstandwet(…)Partijen komen een maandelijkse kale huurprijs overeen van € 750,-(…)De kosten voor gebruik van bijkomende leveringen en diensten zoals gebruik c.q. verbruik van gas ,water, verwarming, elektriciteit, telefoon en kabel zijn voor rekening van verhuurder’(…)De huurovereenkomst wordt aangegaan voor een periode van minimaal zes maanden, ingaande op
(…)Jij bent huurder van een bovenwoning op bovengenoemd adresHelaas zijn wij genoodzaakt de huurovereenkomst per 01-09-2022 te beëindigen. De reden hiervoor is dat het gebruikt gaat worden voor eigen gebruik.Wij verzoeken u per 30-08-2022 het pand oplever klaar te hebben, dat wil zeggen geheel ontruimd, schoon en in de staat waarin u het pand te huur aangeboden heeft gekregen.(…)
e-mail d.d. 5 juni 2023 heeft [eiser] [gedaagde] gesommeerd om binnen zeven dagen de gebreken (het ontbreken van gas en stroom in het gehuurde) te herstellen.
3.De vordering
I. om uiterlijk binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis de gebreken, namelijk de oorzaak van het ontbreken van warm water, verwarming en stroom in het gehuurde te herstellen met daaraan verbonden een dwangsom van € 500,00 per dag, voor elke dag dat [gedaagde] na betekening van dit vonnis met herstel in gebreke mocht blijven, met een maximum van € 25.000,00;
II. tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten van € 462,50;
III. tot betaling van de proceskosten inclusief de nakosten en de wettelijke rente hierover.