Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
2.Overwegingen
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 15 mei 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie (boete) opgelegd aan betrokkene wegens een snelheidsovertreding. Betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De zitting vond plaats op 25 april 2023, waar zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als betrokkene aanwezig waren.
De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, betrof het rijden van 27 km per uur harder dan toegestaan op een autosnelweg buiten de bebouwde kom. Betrokkene ontkende de snelheidsovertreding en voerde aan dat hij nooit harder dan 120 km per uur had gereden. Hij betwistte de waarneming van de verbalisanten en stelde dat zijn eigen snelheidsmeter en GPS een lagere snelheid aangaven.
De kantonrechter oordeelde dat de verklaringen van de verbalisant voldoende bewijs boden voor de snelheidsovertreding. De kantonrechter wees erop dat in WAHV-zaken de verklaring van een verbalisant in beginsel voldoende is, tenzij er specifieke feiten zijn die aan de juistheid van die verklaring twijfelen. De kantonrechter concludeerde dat de GPS-gegevens van betrokkene niet nauwkeurig genoeg waren om de meting van de verbalisant te weerleggen.
Uiteindelijk verklaarde de kantonrechter het beroep ongegrond en bevestigde de opgelegde boete, waarbij hij opmerkte dat de omstandigheden van betrokkene geen reden gaven om de boete te matigen of te vernietigen. De uitspraak werd gedaan door mr. M. Woerdman, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken.