ECLI:NL:RBNHO:2023:8370

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
24 augustus 2023
Publicatiedatum
23 augustus 2023
Zaaknummer
C/15/341288 / FA RK 23-2957
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vervangende toestemming voor verhuizing van minderjarige naar andere regio

In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 24 augustus 2023 uitspraak gedaan in een verzoek van de moeder om vervangende toestemming te verlenen voor een verhuizing met haar minderjarige kind naar een andere regio in Nederland. De vader heeft geen verweer gevoerd en is niet ter zitting verschenen. De moeder heeft aangegeven dat haar financiële situatie het niet langer toelaat om in de huidige regio te blijven wonen en dat zij bij haar partner in de nieuwe regio kan intrekken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder bereid is om extra te investeren in het contact tussen de minderjarige en de vader, en dat de verhuizing niet in strijd is met de belangen van het kind. De rechtbank heeft de verzoeken van de moeder toegewezen, waarbij de moeder vervangende toestemming heeft gekregen om met de minderjarige te verhuizen en om hem in te schrijven op een nieuwe basisschool. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Familie en Jeugd
locatie Haarlem
vervangende toestemming verhuizing
zaak-/rekestnr.: C/15/341288 / FA RK 23-2957
Beschikking van de enkelvoudige kamer voor familiezaken van 24 augustus 2023
in de zaak van:
[de moeder],
wonende te [plaats] ,
hierna te noemen: de moeder,
advocaat mr. D.E. Oud, kantoorhoudende te Wormerveer,
tegen
[de vader],
wonende te [plaats] ,
hierna te noemen: de vader.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoek, met bijlagen, van de moeder van 4 juli 2023 ingekomen op 6 juli 2023.
1.2.
De behandeling van de zaak heeft plaatsgevonden op de zitting van 3 augustus 2023 in aanwezigheid van de moeder bijgestaan door mr. D.E. Oud.
Tevens was ter zitting als informant aanwezig [vertegenwoordiger van de raad] namens de Raad voor de Kinderbescherming (hierna te noemen: de Raad).

2.De feiten

2.1.
Partijen hebben tot 2020 een affectieve relatie gehad.
2.2.
Het minderjarige kind van partijen is:
- [de minderjarige] , geboren op [geboortedatum] in de gemeente [gemeente] .
De ouders zijn gezamenlijk belast met het gezag over de minderjarige.
De hoofdverblijfplaats van de minderjarige is bij de moeder.
2.3.
Partijen geven uitvoering aan een omgangsregeling waarbij de minderjarige bij de vader verblijft:
- de ene week op vrijdag van 17.00 tot 19.00 uur;
- de andere week van vrijdag 17.00 uur tot zondag 17.00 uur.
3. Het verzoek
De moeder heeft verzocht haar vervangende toestemming te verlenen om met de minderjarige naar de regio [regio] te verhuizen. Tevens heeft de moeder verzocht aan haar vervangende toestemming te verlenen om de minderjarige in te schrijven op [basisschool] te [plaats] .

4.De beoordeling

4.1.
De vader heeft geen verweer gevoerd en is, hoewel opgeroepen, niet ter zitting verschenen.
4.2.
De moeder heeft aan haar verzoeken ten grondslag gelegd dat haar financiële situatie het niet langer toelaat om in de regio [regio] te blijven wonen. De moeder is toegelaten tot de WSNP. Zij huurt een woning in de particuliere sector maar kan dit eigenlijk niet betalen. In de regio [regio] komt zij niet in aanmerking voor sociale huur, maar zij kan wel bij haar partner in [plaats] intrekken. Het sociale netwerk van de vrouw bevindt zich grotendeels al in de regio [regio] . De moeder gaat bijna elk weekend naar [plaats] en [de minderjarige] , die om de week met haar mee gaat naar [plaats] , heeft het daar erg naar zijn zin.
De moeder vindt het belangrijk dat [de minderjarige] contact houdt met de vader. Ze stelt voor dat de weekendregeling doorloopt, waarbij [de minderjarige] halverwege de reis wordt overgedragen aan de andere ouder en waarbij de vader door de moeder in zijn extra reiskosten wordt gecompenseerd. Het contactmoment op de vrijdagmiddag zal worden gecompenseerd met extra dagen bij de vader op studiedagen of in de schoolvakanties. De moeder zal [de minderjarige] daarnaast laten videobellen met de vader.
Ter zitting heeft de moeder nog naar voren gebracht dat zij en vader bijna overeenstemming hadden bereikt over de verhuizing van de moeder met [de minderjarige] naar [plaats] , dit onder de voorwaarden dat de vader de woning van de vrouw overneemt en de reiskosten verrekent met de kinderbijdrage. Uiteindelijk is het niet gelukt om tot een vergelijk te komen omdat de vader een aanvullende voorwaarde stelde, te weten dat [de minderjarige] bij hem komt te wonen als de relatie tussen de vrouw en haar nieuwe partner wordt verbroken, aldus nog steeds de vrouw. Met deze voorwaarde kon de vrouw niet instemmen. De moeder is van plan om na toewijzing van haar huidige verzoek alsnog een ouderschapsplan met de vader op te stellen. Daarin kunnen eventueel ook afspraken over de reiskostencompensatie en het punt van overdracht worden opgenomen.
4.3.
De Raad heeft ter zitting geen advies kunnen geven omdat de visie van de vader ontbreekt. De Raad heeft wel ter overweging gegeven dat een verhuizing naar [plaats] een ingrijpende verandering is, zodat extra moet worden geïnvesteerd in het contact met de andere ouder. De moeder stelt dat ze daartoe bereid is.
4.4.
De rechtbank zal de verzoeken van de moeder als onweersproken toewijzen, nu dit niet strijdig met de belangen van [de minderjarige] wordt geacht. De moeder heeft immers verklaard dat zij het omgangsmoment op vrijdagmiddag op andere momenten wil compenseren en dat zij bereid is tot nader overleg over de overdracht. Voorts heeft de moeder er recht en belang bij om haar leven opnieuw in te richten en heeft [de minderjarige] hier een afgeleid belang bij. Verder acht de rechtbank het in het belang van [de minderjarige] dat er duidelijkheid komt over de vraag naar welke school hij kan gaan.
Uit hetgeen de advocaat van de moeder naar voren heeft gebracht over de visie van de vader op de verzoeken van de vrouw, kan de rechtbank ook niet opmaken dat de vader zich verzet tegen de verhuizing van de moeder met [de minderjarige] naar de regio [regio] en tegen de door de moeder voorgestelde school.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
verleent de moeder vervangende toestemming om met de minderjarige [de minderjarige] :
- [de minderjarige] , geboren op [geboortedatum] te [plaats] ,
te verhuizen naar [plaats] ;
5.2.
verleent de moeder vervangende toestemming om voornoemde minderjarige in te schrijven op [basisschool] te [plaats] ;
5.3.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. F. Kleefmann, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. A.E.J. van Schie als griffier en in het openbaar uitgesproken op 24 augustus 2023.
Tegen deze beschikking kan – voor zover er definitief is beslist – door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. De verzoekende partij en/of de zich verwerende partij dient het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen.