Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
2.Overwegingen
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, op 5 mei 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een beslissing van de officier van justitie. Betrokkene had een administratieve sanctie, in de vorm van een boete, opgelegd gekregen voor het afslaan zonder richting aan te geven. De officier van justitie verklaarde het beroep van betrokkene niet-ontvankelijk, waarop betrokkene in beroep ging bij de kantonrechter.
De zitting vond plaats op 21 april 2023, waarbij de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig was, maar betrokkene niet. De kantonrechter heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de beslissing van de officier van justitie ten onrechte niet-ontvankelijk was verklaard, omdat het beroepschrift tijdig was ingediend. De termijn voor het indienen van het beroep eindigde op 5 april 2022, en het beroepschrift was op 4 april 2022 ontvangen.
De kantonrechter heeft vervolgens de gedraging beoordeeld en geconcludeerd dat de verklaring van de verbalisant voldoende grondslag bood voor de vaststelling van de gedraging. Betrokkene heeft onvoldoende feiten of omstandigheden aangevoerd die aanleiding gaven om aan de verklaring van de verbalisant te twijfelen. Daarom werd het beroep tegen de beschikking waarbij de boete was opgelegd ongegrond verklaard. De kantonrechter heeft de beslissing van de officier van justitie vernietigd en het beroep tegen de boete ongegrond verklaard. Deze uitspraak is gedaan door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken.