ECLI:NL:RBNHO:2023:7416

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
4 juli 2023
Publicatiedatum
1 augustus 2023
Zaaknummer
10446460 \ WM VERZ 23-257
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie wegens te hard rijden binnen de bebouwde kom

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad, op 4 juli 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene wegens het rijden van 23 km per uur harder dan toegestaan binnen de bebouwde kom. Betrokkene had tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep niet-ontvankelijk verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 4 juli 2023 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar betrokkene zelf was niet verschenen.

De kantonrechter heeft de zekerheidstelling op nihil bepaald, waardoor de inhoudelijke behandeling van de zaak kon plaatsvinden. Betrokkene had aangevoerd dat haar voertuig op 15 mei 2022 was verduisterd, wat de kantonrechter voldoende aannemelijk achtte. De kantonrechter oordeelde dat betrokkene niet verantwoordelijk kon worden gehouden voor het gebruik van haar voertuig door een ander, en dat de beslissing van de officier van justitie vernietigd diende te worden. De kantonrechter verklaarde het beroep gegrond en vernietigde de beschikking van de officier van justitie.

De uitspraak benadrukt dat het instellen van hoger beroep mogelijk is binnen zes weken na de toezending van de uitspraak, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt. Hoger beroep dient schriftelijk te worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Zaanstad
Zaaknummer : 10446460 \ WM VERZ 23-257
CJIB-nummer : 249688158
Uitspraakdatum : 4 juli 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
naam : [betrokkene]
(hierna te noemen: betrokkene).

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 4 juli 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: 23 km per uur harder rijden dan mag binnen de bebouwde kom.
De kantonrechter heeft ter zitting de zekerheidstelling op nihil bepaald, zodat is toegekomen aan de verdere behandeling van de zaak.
Betrokkene is zowel bij de kantonrechter als bij de officier van justitie te laat met het instellen van beroep. Gelet op de te nemen beslissing zal de kantonrechter beide termijnoverschrijdingen verschoonbaar achten, zodat aan de inhoudelijke behandeling van de zaak wordt toegekomen.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift aangevoerd dat haar voertuig op 15 mei 2022 is verduisterd.
De kantonrechter is van oordeel dat op grond van het verweer van betrokkene en de daarbij meegezonden aangifte van verduistering van haar voertuig voldoende aannemelijk is gemaakt dat het voertuig van betrokkene tegen haar wil door een ander is gebruikt en dat betrokkene dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
De beschikking dient op grond van artikel 8a van de WAHV te worden vernietigd. Het beroep is daarom gegrond.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep gegrond;
‒ vernietigt de beslissing van de officier van justitie en de beschikking waarbij de
boete is opgelegd.
Deze uitspraak is gedaan door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: