Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering en het verweer
4.De beoordeling
“Zou jij ons iets kunnen laten weten over de notulist (…)?”In reactie daarop schrijft [naam 1] dat er geen notulist komt. Zijn zus, die voor hem zou waarnemen, vindt het gezien de coronaomstandigheden onverantwoord, omdat de groep als iedereen komt groter is dan de toegestane 30, aldus [naam 1] . Daarop schrijft de voorzitter van de VvE dat hij het niet als een risico ziet, en
“Dat er geen notulist komt vind ik erg jammer, aangezien jij altijd naar het contract wijst. Nouja, wij bedenken daar wel iets op”. Nakoming van de overeenkomst door [gedaagde] op het punt van het notuleren was op dat moment nog mogelijk. Om op een later moment aanspraak te kunnen maken op schadevergoeding, had het op de weg van de VvE gelegen om in de e-mailwisseling voorafgaand aan de vergadering duidelijk te maken dat zij nakoming van [gedaagde] verwachtte. Dit heeft zij niet gedaan. In dit licht bezien heeft de VvE onvoldoende gesteld om te kunnen aannemen dat [gedaagde] in verzuim is geraakt, of anderszins is voldaan aan de wettelijke vereisten voor schadevergoeding wegens wanprestatie.
“Deze kosten zijn voor de verkoper van het appartement, maar dit dient nog wel te worden meegedeeld in de vergadering en te worden genotuleerd.”
voor de VvEkan verzorgen voor € 317,32 per verkoop. [gedaagde] voert terecht aan dat zij heeft gecontracteerd met de VvE en niet met de verkopende appartementseigenaren. Voor de VvE bestaat dus wel degelijk een contractuele verplichting tot betaling van de kosten.