Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
2.Overwegingen
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 4 april 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene voor het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het rijden. Betrokkene, een beroepschauffeur, had tegen de beslissing van de officier van justitie beroep ingesteld, nadat deze het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting was zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als betrokkene aanwezig.
Betrokkene erkende dat hij zijn mobiele telefoon tijdens het rijden vasthield, maar voerde aan dat hij zich in een moeilijke persoonlijke situatie bevond en slechts heel even op zijn telefoon had gekeken omdat hij een belangrijk bericht verwachtte. De kantonrechter overwoog dat volgens artikel 61a van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) het verboden is om tijdens het rijden een mobiel elektronisch apparaat vast te houden, ongeacht of er daadwerkelijk gebeld werd. De kantonrechter concludeerde dat de boete terecht was opgelegd, maar dat de financiële situatie van betrokkene aanleiding gaf om de boete te matigen.
Uiteindelijk werd de boete gematigd tot € 100,00, met handhaving van de administratiekosten van € 9,00. De beslissing van de officier van justitie werd gewijzigd, en betrokkene kreeg het bedrag dat hij te veel als zekerheidstelling had betaald terug. De uitspraak werd openbaar gedaan door mr. A.P. Ploeger, kantonrechter, en de griffier was ook aanwezig. Betrokkene werd geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen 6 weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, onder bepaalde voorwaarden.