Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering, het verweer en de tegenvordering
4.De beoordeling
Geen sprake van dringend eigen gebruik
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 12 juli 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres en gedaagde over de beëindiging van een huurovereenkomst. Eiseres vorderde beëindiging van de huurovereenkomst met gedaagde op grond van dringend eigen gebruik en niet goed huurderschap. Eiseres stelde dat zij de woning dringend nodig had voor eigen gebruik, omdat zij niet in haar tuinhuis mocht slapen en geen andere woning had. Gedaagde betwistte deze stellingen en voerde aan dat hij zich wel als een goed huurder gedroeg en dat er geen andere passende woonruimte voor hem beschikbaar was. De kantonrechter heeft de vordering van eiseres afgewezen, omdat zij onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij de woning dringend nodig had voor eigen gebruik. De kantonrechter oordeelde dat eiseres niet had aangetoond dat de gemeente handhavend zou optreden tegen het gebruik van het tuinhuis en dat de situatie sinds de verhuur niet was veranderd. Ook de financiële situatie van eiseres werd niet als voldoende onderbouwd beschouwd. De tegenvordering van gedaagde om een verhuiskostenvergoeding te ontvangen werd niet beoordeeld, omdat de voorwaarde waaronder deze was ingesteld niet was vervuld. Eiseres werd veroordeeld tot betaling van de proceskosten.