ECLI:NL:RBNHO:2023:6013

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
14 juni 2023
Publicatiedatum
27 juni 2023
Zaaknummer
10361376 \ CV EXPL 23-969
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevoegdheid van de kantonrechter in een gemengde overeenkomst tussen consument en ondernemer

In deze zaak heeft [eiser 1] op 20 februari 2023 een vordering ingesteld tegen Conyplex B.V. De vordering betreft een geschil over de bevoegdheid van de kantonrechter, waarbij Conyplex aanvoert dat de kantonrechter onbevoegd is omdat het gevorderde bedrag hoger is dan € 25.000,00 en de overeenkomst gekwalificeerd moet worden als aanneming van werk. [eiser 1] daarentegen stelt dat het gaat om een consumentenkoop of een gemengde overeenkomst, waarbij de regels voor consumentenkoop van toepassing zijn.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is om van de vordering kennis te nemen, en dat de overeenkomst tussen partijen, gesloten op 1 juni 2021, zowel als koop als aanneming van werk kan worden gekwalificeerd. [eiser 1] heeft een jacht besteld bij Conyplex voor een bedrag van € 1.460.000,00, waarvan hij een eerste termijn van € 292.000,00 heeft betaald. Na beëindiging van de overeenkomst vordert hij terugbetaling van dit bedrag.

De kantonrechter oordeelt dat de overeenkomst mede moet worden aangemerkt als consumentenkoop, omdat [eiser 1] als consument handelde en het jacht bestemd was voor particulier gebruik. De wettelijke bepalingen van koop en aanneming zijn van toepassing, maar in geval van strijdigheid gaan de consumentenkoopregels voor. De vordering in het incident wordt afgewezen, en Conyplex wordt veroordeeld in de proceskosten.

De zaak wordt verwezen naar de rolzitting voor conclusie van antwoord aan de zijde van Conyplex op 26 juli 2023.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 10361376 \ CV EXPL 23-969 BL
Uitspraakdatum: 14 juni 2023
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
[eiser 1]
[woonplaats]
eiser, verweerder in het incident
verder te noemen: [eiser 1]
gemachtigde: mr. M. Deckers
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Conyplex B.V.
[vestigingsplaats]
gedaagde, eiseres in het incident
verder te noemen: Conyplex
gemachtigde: mr. M.S. Smit

1.Het procesverloop

1.1.
[eiser 1] heeft bij dagvaarding van 20 februari 2023 een vordering tegen Conyplex ingesteld. Conyplex heeft een incidentele conclusie genomen waarin wordt gesteld dat de kantonrechter onbevoegd is. [eiser 1] heeft daarop schriftelijk gereageerd.

2.De beoordeling van de bevoegdheid van de kantonrechter

2.1.
[eiser 1] woont in [land] , zodat deze zaak een internationaal karakter heeft. Conyplex is gevestigd in [vestigingsplaats] ). [eiser 1] heeft ervoor gekozen Conyplex te dagvaarden voor de Nederlandse rechter. Inhoudelijk beroept [eiser 1] zich op het Nederlands recht. De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen, en deze te beoordelen op basis van Nederlands recht. Dit is tussen partijen ook niet in geschil.
2.2.
Conyplex stelt dat de kantonrechter niet bevoegd is om van de zaak kennis te nemen omdat de overeenkomst waarop [eiser 1] zijn vordering baseert gekwalificeerd moet worden als een overeenkomst tot aanneming van werk, en het gevorderde bedrag hoger is dan € 25.000,00. Conyplex vordert daarom dat de kantonrechter zich onbevoegd verklaart en de zaak verwijst naar de sectie Handel van deze rechtbank.
2.3.
[eiser 1] voert daartegen aan dat sprake is van een consumentenkoop, of in elk geval van een gemengde overeenkomst waarbij de regels die gelden voor een consumentenkoop voorgaan. [1]
2.4.
De kantonrechter is van oordeel dat sprake is van een gemengde overeenkomst en acht zich bevoegd van de vordering kennis te nemen. Daarover wordt het volgende overwogen.
2.5.
Partijen hebben op 1 juni 2021 een overeenkomst gesloten, op basis waarvan Conyplex een jacht zou leveren aan [eiser 1] , tegen betaling van € 1.460.000,00. De eerste termijn van € 292.000,00 heeft [eiser 1] aan Conyplex betaald. [eiser 1] heeft vervolgens de overeenkomst beëindigd en vordert terugbetaling van het door hem betaalde bedrag.
2.6.
Het gaat in dit incident om de vraag of de overeenkomst die partijen hebben gesloten moet worden gekwalificeerd als koop, aanneming van werk, of gemengde overeenkomst. Koop is de overeenkomst waarbij de een zich verbindt een zaak te geven en de ander om daarvoor een prijs in geld te betalen. [2] Bij aanneming van werk verbindt de ene partij zich om een werk van stoffelijke aard tot stand te brengen en op te leveren, tegen een door de ander te betalen prijs. [3]
2.7.
In dit geval staat vast dat Conyplex zich op 1 juni 2021 heeft verbonden om aan [eiser 1] een jacht te leveren tegen betaling van de overeengekomen prijs, hetgeen gekwalificeerd kan worden als koop. Partijen zijn het erover eens dat [eiser 1] de overeenkomst heeft gesloten als consument. Hij handelde niet als bedrijf en het jacht was bestemd voor particulier gebruik. Conyplex handelde in het kader van haar bedrijfsactiviteit. Ook is tussen partijen niet in geschil dat het jacht een roerende zaak is. Verder staat vast dat het te leveren jacht nog gebouwd moest worden. De levering zou plaatsvinden in maart/april 2023. Het betreft een in serie te maken standaardmodel jacht, met specifiek door [eiser 1] gekozen opties. Daarmee kan de overeenkomst ook worden gekwalificeerd als aanneming van werk.
2.8.
Juist voor deze situatie, waarin de aan de consument te leveren roerende zaak nog tot stand moet worden gebracht en de overeenkomst ook voldoet aan de wettelijke omschrijving van aanneming van werk, is in de wet bepaald dat de overeenkomst dan mede wordt aangemerkt als consumentenkoop. De wettelijke bepalingen van koop en aanneming zijn dan naast elkaar van toepassing, en gaan in geval van onderlinge strijdigheid de consumentenkoopregels vóór. [4]
2.9.
De overeenkomst tussen partijen moet dus (mede) worden aangemerkt als consumentenkoop. Zaken betreffende consumentenkoop worden behandeld en beslist door de kantonrechter, ongeacht het beloop of de waarde van de vordering. [5] De vordering in het incident wordt daarom afgewezen.
2.10.
De proceskosten komen voor rekening van Conyplex, omdat zij ongelijk krijgt.

3.3. De beslissing

De kantonrechter:
in het incident
3.1.
wijst de vordering af;
3.2.
veroordeelt Conyplex in de kosten van het incident die de kantonrechter tot en met vandaag vaststelt op € 529,50 aan salaris van de gemachtigde van [eiser 1] .
in de hoofdzaak
3.3.
verwijst de zaak naar de rolzitting van
woensdag 26 juli 2023 te 09.30 uurvoor conclusie van antwoord aan de zijde van Conyplex.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.D.M. Hazeu en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter

Voetnoten

1.Artikel 6:215 van het Burgerlijk Wetboek (BW) in verbinding met artikel 7:5 lid 4 BW
2.Artikel 7:1 BW
3.Artikel 7:750 lid 1 BW
4.Artikel 7:5 lid 4 BW
5.Artikel 93, aanhef en sub c, BW